- 251
arm toch, die Brodok van h vijandelijk grondgebied scheidde, had
een geringe diepte en kon oorwaad worden.
Het detachement pioniers onder aanvoering van den kapitein-in
genieur Raoul en den luitenant Peters maakte de voorhoede uitdan
volgden de Infanterie en het geschut. De Madureesche hulptroepen
volgden de colonne en werden door den kolonel Bonnelle zeiven aan
gevoerd, om hen, zooals hij zich uitdrukte, vertrouwen in te boeze
men. Te Suwalo gekomen zijnde, werd de overtocht naar het eiland
Brodok dadeljjk bewerkstelligd, nadat de kapitein Raoul met zijne
pioniers het behoorlijk verkend hadden. Toen wij aan de andere
zijde van het eiland aankwamen, zagen wij een troep muitelingen
aan de overzijde met geweren en pieken gewapend, die onze bewe
gingen schenen gade te slaan en eenige geweerschoten op ons deden.
Ik liet dadelijk een paar blikken- doozenschoten uit den houwitser
van S1/^ dm. doen met dat gevolg, dat zij met verlies van eenige
dooden en gekwetsten op de vlucht gingen. De kapitein Raoul met
zijne pioniers doorwaadde alstoen de rivier en liet de omstreken
aan de overzijde doorzoeken. De colonne volgde en nu togen wij in
dezelfde orde op marsch naar Kertosono. De vijand trok op een
grooten afstand voor ons heen en scheen van het voornemen, om
onzen marsch te belemmeren of ons den voortgang te willen betwisteD,
te hebben afgezien.
Alle de dorpen en huizen der muitelingen, die wij op onzen tocht
voorbijtrokken, waren verlaten en werden door de Madureesche hulp
troepen in brand gestoken. Het spreekt van zelve, dat op dien marsch
alle voorzorgen werden genomen om in geen hinderlaag te vallen,
trouwens het verlies door den heer Besier geleden, was nog te versch
in het geheugen, om niet alles in het werk te stellen, om dergelijk
onheil te voorkomen. Iedere maal derhalve, dat wij een dorp of dessa
voor ons hadden of een weg moesten doorgaan, alwaar een hinderlaag
kon te vreezen zijn, werd de Infanterie in bataille en het geschut
in positie gesteld, daarop het dorp en het hout- en struikgewas door
onze tirailleurs doorzocht en geen vijand ontwarende, de marsch
voorgezet. Alzoo tot op de passeerbaan te Nieuw-Kertosono voort-
gerukt zijnde, alwaar wij om elf uur 's ochtend's aankwamen, werd
de Infanterie aldaar in carré geformeerd en het geschut in de daarbij