295
had, was hot vuur van den Toealang en van de meer Zuidwaarts
daarvan gelegen heuveltoppen blijven aanhouden. Toen dan ook de
compagnie infanterie ten 10 f u. v. m. weder op adem gekomen was,
gaf de kap. van Bijlevelt aan den luit. Lange last om, na eene
sectie op den Niboeng te hebben achtergelaten, met de drie andere
sectiën de versterking op den Toealang te nemen. Gesteund door
het vuur van alle overige in stelling staande troepenafdeelingen, vol
bracht de luit. Lange ook deze opdracht met veel succes. Zonder
een schot te doen lossen, daalde hij in open sectie colonne van den
Niboeng heuvel af, besteeg hij de tegenover liggende helling van
den Toealang, waarbij de Inl. fus Tahir alg. st. n°. 23539 en de Eur.
tus. Böhm alg. st. n°. 22169 gewond werden, om kort bij de versterking
gekomen met onstuimigheid tot den aanval over te gaan, welke echter
niet werd afgewacht door den vijand, die de wijk nam in het ach
ter de sterkte aanwezige kreupelhout. In denzelfden aanloop zich
hierheen keerende zou luitenant Lauge, zonder tijdige tusschenkomst
van zijne ondergeschikten, het slachtoffer zijn geworden van zijn lof-
waardigen moedtoen hij nl. geheel vooraan het houtgewas was
genaderd, sprongen de muiters op en zou een hunner zich zeker op
hem geworpen hebben, indien die niet nog bijtijds ware nedergescho-
ten door den Eur. fus. Mouthaan alg. st. n°. 21464 en den Eur. sergt.
Breitung alg. st. n°. 13218, die Lange op den voet gevolgd waren.
Na de vermeestering van de sterkte op den Boekit Toealang zweeg
het vuur van den vijand en werd verder op den terugtocht ook niets
meer van hem bespeurd. Na nog tot 11^ u. v. m. in de ver
schillende stellingen te zijn gebleven, werd de terugmarsch aanvaard
en kwam de colonne tegen het middaguur binnen onze vestiging terug.
Door de marine landingsdivisie waren 1471 scherpe patronen
verschoten; door de landmacht 1696 patronen en 3 granaten. Behalve
de reeds genoemde officier van gezondheid 2e kl. Dr. J. van der
Wal werden van de landmacht gewond 8 en van de zeemacht 2
minderen. Aan buit was behaald een ruime voorraad patronen
tot repeteer- en achterlaadgeweer en voorts nog 2 klewangs en 2
patroonzakken.
Hoewel de autoriteiten in Edi den toestand niet zoo ernstig inzagen
dat versterking van het garnizoen noodig werd geacht, zoo besloot