309
het ware onder 's vijands oog moest worden verricht, vorderde de uit
voering veel beleid. De luitenant Pels Rijcken voldeed op uitmun
tende wijze aan zijne opdracht. Steeds vergezeld van een politie
oppasser en van een onderofficier der mineurs, die evenals hij zich daar
toe in burgorkleederen had gestoken, liet hij onder zijn dagelijksch
toezicht het werk door Chineezen verrichten en was hij in den loop
van den 10™ Juni met zijn taak gereed gekomen. Acht tongkangs
waren van een bruggedek voorzien door het aanbrengen van
een plankier vóór en achter den mast van elk dier vaattuigen,
terwijl de verbinding met deD vasten wal door middel van koebruggen
werd verkregen. De rivierovergang geschiedde op die wijze over
een ruim 8 M. breede brug.
Het algemeene operatieplan door den Generaal-Majoor van Teijn
vastgesteld beoogde om zoodra mogelijk na aankomst van de Java
colonne met de vereenigde troepenmacht (w. o. de landingsdivisie
van IJ. M. Prins Hendrikde vijandelijke stellingen aan te vallen
op den linkeroever der Edi rivier en den vijand Westwaarts uit Edi
Besar te verdrijven. Vervolgens door de Java colonne, onder bevel
van den commandant van het 6e bataljon, een tocht te doen onder
nemen over Edi Tjoet en Bagoh naar Oleh Gadjah tot tuchtiging
van deze plaats en de gedei van Bagoh, om daarna, wanneer te
verwachten was dat de rust in de staatjes ten Westen van Edi zou
zijn hersteld, evenzoo met de geheele troepenmacht den vijand te
verdrijven uit zijne stellingen in het Pedawa Pontongsche en verder
Zuidwaarts uit zjjne geduchte positie op den Boekit Hata Ajer. Het
maakte ten slotte nog een punt van overweging uit om na afloop
hiervan een tocht over zee te doen maken naar Djingki, ten einde
ook dit staatje te tuchtigen voor zijne deelneming aan het verzet.
Den 10™ Juni, toen alle troepen in Edi vereenigd waren, werd
door den Generaal-Majoor van Teijn bepaald, dat op den volgenden
dag de operatiën zouden worden geopend.
