318 en diepte en ongeveer 2.5 M. lengte en schenen bestemd voor 4 a 5 man. De vermeestering van deze positie kostte ons veertien gewonden, w. o. een officier, te weten: de lc luit. adj. G. J. H. Bruijnis. de Eur. hoornbl. Verdooren, alg. st. n"k 27781, de Eur. fuss. Sander alg. st. n°. 27924, van Dam alg. st. n°. 27906, Honing, alg. st. n°. 24261, Dewit alg. st. n°. 20287, Toonssen alg st. n°. 9167, Hoorn alg. st. n°. 76121, van Oers alg. st. n°. 26349 en Kalienbach alg st. n°. 7760 en de Amb. fuss. Polnaja alg. st. n°. 20885, Mole alg. st. n°. 27206, van Bureé alg. st. n°. 2386 en Pinontoan alg st. n°. 28846. De luitenant Bruijnis en de fuseliers van Oers, Toonssen en Honing hadden onbeduidende schampschoten bekomende Amb. fus. Polnaja alg. st. n°. 20885, die door een doorborend schot in de rechterdij verwond geworden was, vervoegde zich, na bij de ambulance verbonden te zijn, weder bij zijne compagnie en nam dien dag verder deel aan de krijgsverrichtingen. Het was hier dat de chef der ambulance bij het 6e batde off v. gez. 2° kl. J. A. Tamson, zich op buitengewone wijze wist te onderscheiden door onder 's vijands moorddadig vuur met de grootste kalmte de eerste hulp te verleenen aan het. in een korten tijd verkregen groot, aantal gewonden. Onmiddellijk na de vermeestering van de loopgraven werd de aanval in de aanvankelijk aangenomen formatie voortgezet. Door den palatuin waarin men zich thans bevond kon slechts uiterst langzaam worden geavanceerdaan 's vijands oog onttrokken, werd men ook door zijn vuur niet verontrust, doch nauwelijks was ten 7 u. 47 de Westelijke rand van den tuin bereikt en was men hiermede de versterking op den Boekit Roembia tot. ongeveer 60 M. genaderd, of 's vijands schoten klonken op nieuw uit eene positie op de linkerflank nabij den heuveltop, waardoor al dadelijk de Amb. fuss. Ramondor alg. st. n°. 22061 van de 3e comp. (linker flankdekking) gewond werd. Zonder dralen ging de kap. Willems, commandant dier compagnie, met een peloton tot den storm op dat punt overgelijk later bleek een viertal door den vijand bezette loopgraven en gaf hij hierdoor de impulsie tot den aan val op de hoofdversterking,die door de le en 2e comp. onder het

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1891 | | pagina 333