505 Eindelijk en hiermede wensch ik deze studie te besluiten wil ik hier nog met een enkel woord de aandacht vestigen op de ondervolgende opgave van kosten, verbonden aan den Zulu-oorlog gedurende het veertien maanden lange tijdvak van 1 Augustus 1878 tot 30 Septem ber S i 9, welke officieel door de Engelsche Regeering is gepubliceerd. Buitengewone legeruitgaven, veroorzaakt door den oorlogstoestand boven de gewone uitgavenf 52746336. Uitgaven voor het vervoer van troepen over zee 8400000. Schrijfbehoeften30000 Onkosten verbonden aan het beschikbaar stellen van fondsenn 478140. Uitgaven van het gouvernement van Natal1021032. Uitgaven van het gouvernement der Transvaal. 77568. Totaal f 62753076. Wanneer men die cijfers overweegt, (41/a millioen per maand boven de gewone vredesuitgaven) en men let daarbij op onze toestanden, dan komt men tot het besluit, dat de uitgaven door onzen Atjeh-oorlog gevorderd zelfs in den duursten tijd, toen er als het ware met geld werd geworpen—in vergelijking daarvan inderdaad gering genoemd mogen worden. Maar en hierin ligt de les en dat is het doel, dat ik met het schrijven dezer studie en voornamelijk met het laatste hoofdstuk daarvan heb beoogd uit de geschetste gebeurtenissen is gebleken, dat de oorlog ten koste van die ontzettende offers in menschen en geld werd beëindigd op eene met de waardigheid en de belangen van Engeland overeenkomende wijze, terwijl wij, niettegenstaande voortdurende smartelijke offers van allerlei aard, nog steeds op een bevredigend einde van den Atjeh-oorlog wachten. Daarom moge steeds de leus zijnvooruit goed overwegen, wat men wil en kan en dan geen offers gespaard om het verlangde doel zoo spoedig mogelijk te bereiken. Die zich aan een ander spiegelt, spiegelt zich zacht. E. K. A. de Neve. s' IiayeJuli 1890. Dl. II, 1891. 34

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1891 | | pagina 520