839
De colonne de la Parra was ten 6 u. v. m. uit Edi afgemarcheerd
en volgde de colonne Halewijn op den voet. Nadat de laatste den
vijand uit zijne stellingen om en bij Kota Nawas had verdreven,
werd, om tijdverlies te voorkomen, aan de colonne de la Parra ver
zocht de vijandelijke versterkingen te vernielen.
Aan dit verzoek werd in zoo verre gevolg gegeven, dat de benting
Kota Nawas, die den doortocht het gemakkelijkst kon bemoeilij
ken, zoo goed als geheel geslecht werd; bij deze bezigheid werd de
colonne beschoten door eene bende, die Noordwaarts uitgeweken was,
doch weldra door ons geweervuur verdreven werd. Daarna trok de
colonne de la Parra door naar Edi Tjoet, waar zij ten 11'/2u. v. m.
aankwam; eene compagnie bij Kota Nawas achterlatende in de meest
domineerende versterking, met last die te bezetten tot terugkeer van
de colonne. Ten 1 u. n. m. werd naar Edi Besaar teruggekeerd zon
der iets meer van den vijand te bespeuren.
Gedurende de afwezigheid van onze troepen had de vijand in het
Pedawa Pontongsche, waarschijnlijk meenende dat alles naar Edi
Tjoet opgerukt was, om 9 u. v. m. eene poging gewaagd om onze
tijdelijke positie op den Boekit Panas aan te vallen, terwijl tegelij
kertijd eene bende in de vlakte tot kampong Tanah Anoh doordrong
en onze versterking beschoot. Door het hieruit afgegeven geschut
vuur werd de vijand uit de vlakte verdreven en evenzoo werden de
aanvallers op den Boekit Panas, die men tot 150 M. had laten
naderen, teruggewezen door geweer- en geschutvuur uit dien post.
Ten 101 /2u- v. m. had de vijand zich geheel achter zijne stellingen
teruggetrokken.
14 Juni.
Naar aanleiding van de van marine zijde verkregen inlichtingen,
dat ten 3 u. v. m. van den 14en Juni het water zijn laagsten stand zou
hebben bereikt, werd tegen genoemd tijdstip het bivak aan de
koeala Edi Tjoet verlaten.
Terwijl bij het doorwaden van de riviermonding het water aan
vankelijk niet verder reikte dan tot de knie, kwam het door den
intusschen opgekomen vloed bij de laatste manschappen tot halver
wegen het lichaam.
Ten 3 u. 55 v. in. was de geheele colonnede koeala overgetrokken