104 geen aanleiding om de verstrekking in vredestijd imperatief te stellen, maar werd zulks facultatief gelaten, eenerzijds om daardoor gelegen heid te hebben de aangehouden wordende voorraden gaandeweg te vernieuwen en anderzijds, om meer afwisseling in de voeding te brengen. In het algemeen toch is de verstrekking nu en dan van erwtensoep bij den soldaat wel gewild, vooral wanneer zooals menu N°. IV aangeeft, deze het middagmaal uitmaakt. Wat de onder c. en cl. gestelde eischen voor een goed voedings regime aangaat, kunnen wij kort zijn. Wat punt c. aangaat kan men zeggen, dat wat het quantum betreft, de soldaat zeker genoeg voedsel krijgt, doch de hoeveelheden brood, rijst en peulvruchten in doorsnede aan de andere zijde niet zoo groot zijn, dat het be zwaarlijk zou zijn die te nuttigen. Hierbij mag echter niet onvermeld blijven, dat wat van de door aannemers geleverde vivres aan het einde der maand blijkt minder ontvangen te zijn, dan het tarief toestaat, daarom voor de menage niet verloren is, maar door de bepaling, dat daarvoor van gouver- nomentswege de geldswaarde volgens contract wordt uitgekeerd, in anderen vorm weder aan de voeding ten goede kan komen. Daardoor heeft dan ook het tarief voor de toepassing een elasti citeit gekregen, welke bij de nog al uiteenloopende plaatselijke toe standen in de verschillende garnizoenen bij oordeelkundige toepassing niet anders dan heilzaam kan werken. Onder e. stelden wij als eisch, dat de menu's de noodige afwisse ling in de voeding moesten aanbieden en zulks gedachtig aan den regel: „verandering van spijs doet eten." Te weinig waarde heeft men vroeger aan dezen stelregel gehecht, meenende dat zij slechts een uitvindsel was van smulpapen. De voeding van soldaten, gevan genen, weeskinderen enz. was dan ook zoo eentonig mogelijk, totdat, vooral in de laatste jaren, al meer en meer de meening ingang heeft gevonden, dat afwisseling een der krachtigste middelen is om het grootst mogelijke nuttige effect van het toegediende voedsel te verkrijgen. De afwisseling is dus daar waar het de voeding van soldaten be treft in de voornaamste plaats een economisch vraagstuk.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1892 | | pagina 107