111 moesten zij worden uitgeladen, waardoor enkele nog al schavingen bekwamen. Om 4*/4 uur kon echter de marsch naar het bivak worden aange vangen. Intusschen was de sectie der 4e compagnie den 22ea Mei te Edi ontscheept en had deze reeds met den vijand op den Boekit Plaivi kennis gemaakt. Het daar geleverde gevecht kan als eene inleiding worden beschouwd van het succes, dat de artillerie verder gedurende het geheele verloop der expeditie heeft gehad. Den llcn zou de batterij, bestaande uit 4 bergkanons en eene sectie mortieren deel nemen aan het gevecht op den linkeroever der Edi rivier. De lc stelling was den dag te voren zoodanig gekozen, dat de meeste vijandelijke loopgraven konden worden geënfileerd en dat de hoofdversterking op den Boelcit Roembïa aan de Zuidzijde werd beschoten. Een dikke nevel hing boven de alang-alang en zou het richten op groote afstanden zeker onmogelijk hebben gemaakt. De Roembia was echter slechts 400 M. van de batterij gelegen, en op den top bevonden zich eenige klapperboomen. Deze leverden merkwaardig goede richtpunten op en werden ook later benut tot het meten der schijnbare hoogten. Ook het observeeren der schoten was vrij goed mogelijk. Het Gr. vuur zou echter de binnenruimte van de versterking op den Boekit Roembia niet kunnen bereiken. Deze heuvel toch was 40 M. hoog en slechts op 400 M. afstand voor de batterij gelegen. Vurende op de kruin der borstwering, werd de invalshoek der projectielen met hoek tg. 0.1 verminderd en daar de tg. invalshoek op 400 M. slechts 0,015 bedraagt, zoo bereikten de projectielen de verster king in den klimmenden tak der baan. De verder Noordwaarts ge legen loopgraven kregen echter veel te lijden van de te ver gaande G. Oorspronkelijk werd de Bt. Roembia met G. K. T. beschoten, doch toen de voorraad dezer projectielen was uitgeput, werd het vuur met G. voortgezet. Door de vochtige alang-alang vóór de batterij bleef de rook lang hangen, zoodat somtijds zeer langzaam moest worden gevuurd. Daar de klapperboomen echter door den nevel zichtbaar bleven, werden ze

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1892 | | pagina 114