SPIONSPIEGrELS. In con onlangs door den Chef van het Wapen der Infanteiie uit gevaardigd schrijven wordt bekend gemaakt, dat door Z E. den Commandant van het Leger is bepaald, dat de spionspiegel, zooals die in gebruik is bij het Leger in Nederland, ook hier te lande toege past zal worden op alle iufanterieschietbanen, al dan niet voorzien van de Yeltmansschijfinrichtingen dat dientengevolge enkele wijzigingen aan die inrichting noodig geacht worden. Eene uitvoerige beschrijving van den spion vindt men in den Militairen Spectator, jaargang 1879, blz. 476 en volgende, van de hand van den majoor van het Nederlandsche Leger Y. Riethagen, zoodat wij hier volstaan kunnen met daarnaar te vei wijzen. In 1871 werden de spiegels door genoemd hoofdofficier gesteld op de schietterreinen te Breda en Bergen-op-Zoom, waar zij uitstekend aan hun doel verhooging der veiligheid van het personeel in den waarnemingspost beantwoordden en om die reden eenige jaren daarna dan ook eeue bijua algemeeuo toepassing in het leger vonden. In zijne beschrij ving der beweegbare schijfinrichting, Yerslagon, Memo- riën en Rapporten omtrent militaire onderwerpen, 18° deel, jaargang 1886, beveelt de le luitenant-adjudant Yeltmau van het 3° Regiment Infanterie ook het gebruik van de spionspiegels, sijsteem Riethagen, bij zijn stelsel aan, doch voegt hij er tevens bij dat zij niet bepaald nood zakelijk zijn. Yoor de veiligheid acht hij ze mei noodig, doch hij heeft meer het oog op bekorting van den duur der schietoefeningen, omdat het door de spionspiegels mogelijk wordt gemaakt om seinen met het waarnemingspersoneel te wisselen, waardoor derhalve de tijd gewonnen wordt, die anders verloren gaat met het heen en weer loopen van ordonnansen, b. v. bij verandering van schijven, bij snelvuur enz. Het hoofddoel van den spiegel is dus bij de beweegbare schijf- inrichting op den achtergrond getreden.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1892 | | pagina 154