218
Bij het overgaan van kleine greppels werd steeds de grootst moge
lijke voorzichtigheid in acht genomen. Als er eenigszins tijd was
werden er sesaks gelegd over greppeltjes, waarover men in garnizoen
zonder nadenken zoude heenstappen. Daar het echter dikwijls in
garnizoen is gebleken, dat onbeduidend kleine slootjes zeer veel
oponthoud kunnen veroorzaken, doordat er dieren bij het springen
storten of wel hunne tuigen zoodanig naar voren schuiven, dat over-
zadelen noodig is, zoo werd hier letterlijk alles vermeden wat maar
aanleiding tot één verkeerden stap zou kunnen zijn. Dank zij al deze
voorzorgen en alle hierboven genoemde gunstige omstandigheden,
heeft de artillerie alleen den 14cn Juni den marsch der colonne ver
traagd, doch overigens steeds kunnen volgen.
Het medenemen van muildieren bij eene excursie is en blijft dan
ook een groot waagstuk.
Daarom is het zeer te betreuren, dat men geen enkele sectie
bergartillerie heeft, welke door paarden kan worden getrokken en
gedragen.
Men heeft meer diensten van een paard, dat met 110 K. G. belast
is, dan van een muildier, dat slechts 100 K. G. draagt. En vraagt
men hoe het mogelijk is het tegenwoordige bergmaterieel te doen
dragen zonder dat een paard met meer dan 110 K. G. belast wordt,
dan is het antwoord hierop als volgt:
Yervaardig een Y. draagbok, die slechts 14 K. G. weegt en belast
daarmede de paarden
het eerste paard met het kanon zonder sluitstukhet tweede paard
met het vóórstuk van de affuithet derde mot het achterstuk en
de raden het stukscommandantenpaard met de lamoen en het sluit
stuk (de stukscommandant bij opgeladen materieel afgestegen)de
pioniergereedschappen door de manschappen gedragen en per sectie
nog een paard met de reservestukken, laadgereedschappen, poets
lappen enz.
Ziedaar een schema van eene zeer beweeglijke sectie bergartil
lerie.
Het zou zeker aanbeveling verdienen een paar sectiën van zoodanige
draagtuigen te voorzien, dat bij excursiën het materieel op de boven-,
genoemde wijze kon worden vervoerd.
