335
Ik kan dan ook geheel instemmen met hetgeen de oud-luitenant
kolonel-intendant A. E. Winckel daaromtrent zegt in zijne ver
handeling: „De opleiding van officieren voor de Intendance bij het
„Indische leger", voorkomende in het le deel van den jaargang 1890
van het Indisch Militair Tijdschrift.
Maar al hebben de door den heer Winckel aangegeven oorzaken
er voorzeker zéér veel toe bijgedragen, dat zich tot nog toe minder
luitenants-kwartiermeesters voor toelating tot den Intendancecursus
aanmeldden dan gewenscht is (1), naar mijne overtuiging moet zulks in
de eerste plaats worden toegeschreven aan hunne onvoldoende opleiding.
En de eenige weg, die, naar mijn inzicht, zoude kunnen leiden tot ver
betering in deze, is zulks blijkt uit het voorafgaande reeds voldoen
dede opleiding van de Indische luitenants-kwartiermeesters te doen
plaats hebben aan de Koninklijke Militaire Academie in Nederland.
Dat wil zeggen voor zooveel betreft de opleiding in Nederland.
Het behoud der Militaire School te Meester-Cornelis is, ook naar
mijne meening, alleszins gewenscht.
Ik zou de gelegenheid, om langs dien weg in Indië luitenant
kwartiermeester te worden, dan ook niet willen afsluiten.
Daarenboven wordt van die inrichting slechts een klein gedeelte
van de administratieofficieren verkregen.
Verreweg het grootste gedeelte wordt in Nederland aan den Hoofd
cursus gevormd.
Voor het behoud van die inrichting worden in 9 der Memorie
van toelichting verschillende argumenten aangevoerd.
In de eerste plaats, dat het noodig is, dat in het leger zelf do
gelegenheid wordt opengesteld, om den officiersrang te verwerven.
Wordt tegen dit argument in het algemeen en naar mijne mee
ning terecht door de commissie van rapporteurs uit de 2e Kamer
der Staten-Generaal in 4 van haar voorloopig verslag, zéér veel
aangevoerd, het kan, in verband met het geringe aantal luitenants
kwartiermeesters, hetwelk jaarlijks als aanvulling voor Indië benoodigd
Dl. I, 1892. 22
a
(1) Wel is waar is het aantal kwartiermeesters, dat de lessen bij de He Afdeeling der
Krijgsschool yolgde, in evenredigheid grooter dan dat der andere wapens, doch daar
bij mag niet over het hoofd worden gezien, dat het met gunstig gevolg bijwonen van
die lessen, voor de eersten van hooger belang is dan voor de laatstgenoemden.