353 - worden doorgegaan, en moeten zoo nu en dan zelfs buitengewone middelen worden aangewend om die werving tot goede resultaten te leiden. Alles wat op die aanwerving en uitzending naar 's Rijks Overzeesche bezittingen betrekking heeft, geschiedde en zal ook voorloopig nog steeds moeten geschieden door het Werfdepot, dat op die wijze ten allen tijde aan zijne bestemming moet blijven beantwoorden. En om daaraan te kunnen blijven voldoen is een eerste vereischte, dat in de organisatie van dat korps ook voorloopig geen vermindering wordt gebracht; de werkzaamheden mogen al uiet steeds gelijk zijn, het ligt toch zeker voor de hand, dat zij door de af- en toename der werving, aan daling en rijzing onderhevig zijn. Men mag echter het personeel niet vetminderen, omdat hiervan niet te veel mag gevergd worden; de werkzaamheden van dat korps gelijk te stellen met die van een onderdeel van het leger, dat ongeveer dezelfde formatie heeft, gaat ook niet op, omdat die bij beide hemelsbreed verschillen. Om er een goed oordeel over te kunnen vellen moet men voldoende op de hoogte zijn met, en zich een juist denkbeeld kunnen maken van de werk zaamheden van het Koloniaal Werfdepot. De sterkte van dit korps aan suppletietroepen wisselt sterk af; zij is afhankelijk van de resultaten der werving en van de uitzen ding van detachementen. Hoewel uit de begrooting van 1886 bleek, dat voortaan de gemiddelde sterkte van het Werfdepot berekend werd op 150 man, is dit de laatste vijf jaren (1886-1890) nooit het geval geweest en was die sterkte in dat tijdsverloop gemiddeld 250 man; in het jaar 1891 bedroeg zij zelfs gemiddeld 300 man. Niettegenstaande het vele goede, dat de laatste jaren in het belang van den Kolonialen soldaat is totstandgekomen, komt ook eene bespoedigde uitzending der te Harderwijk aangeworven manschappen ons zeer doeltreffend voor. Wat toch is in den regel het geval met de personen, die zich ter dienstneming voor de Koloniale troepen aanbieden? Welke ook de reden is, dat zij tot dat besluit komen, voor allen is het zaak zoo spoedig mogelijk hunne nieuwe bestem ming te volgen; zij verlangen naar het oogenblik, waarop de nieuwe reis kan worden aangevangen om zoodoende des te eerder in de ge legenheid te zijn in het schoone Insulinde hun geluk te beproeven

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1892 | | pagina 358