- 390 dwingen tot formatie of plaatsverandering, dat verlies moet soms geduld worden, zonder daartegen iets te kunnen of te mogen doen. Goede infanterie moet, ook zonder een schot te lossen, ordelijk in het vuur des vijands kunnen blijven! Aan de andere zijde leert ons de kwetsbaarheid van zeker doel, op welken afstand wij daarop het vuur kunnen openen, zonder onze munitie te verspillen. Naar den hierboven door ons gestelden maatstaf begint dus do kwetsbaarheid voor een: gesloten groep. op 550 M. 450 M. 300 M. verspreide groep. (1) 450 350 200 gesloten sectie. r 700 550 350 gesloten peloton. 800 600 350 open sectie-colonne. 1200 1000 800 gesloten sectie-colonne 900 700 500 gesloten pelotonscolonne 900 700 400 Wordt de colonne met verdubbelde rotten slechts loodrecht op hare marschrichting beschoten, dan lijdt zij geringe verliezendoor hare groote diepte staat zij echter, vooral op de kortere afstanden aan echarpeervuur bloot, zoodat zij alleen op de grootere afstanden bruikbaar is. De gesloten sectie-colonne met sectiën uit de flank lijdt onder alle omstandigheden het minste verlies. Wij hebben ons bij deze studie tot taak gesteld uitsluitend het bundelvuur uit een ballistisch oogpunt te beschouwen en daaruit het technisch gebruik van dat vuur af te leiden. Wij wenschen de tactische beschouwingen uit te stellen tot wij in de gelegenheid zijn om de Vuurtactiek^ te bespreken, hetgeen eerst zal kunnen geschieden na de verschijning van den tweeden druk van het Voorschrift voor het gevecht der infanterie. De lezer kan echter uit het voorgaande zelf gemakkelijk de gevolg trekkingen maken: dat de open sectie-colonne geen vorm voor het gevechtsveld is; dat de gesloten sectie-colonne op het gevechtsveld in staande-in knielende-in liggende houding 77 77 7 77 77 7 y) 7 77 y) 7 77 7 7) v 7 7) 7 7) V 7) 1 77 77 77 7 77 (1) De manschappen opgesteld niet één pas tusschenruimte, dus de trefkans gelijk gesteld aan de helft van die op een peloton in bataille.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1892 | | pagina 395