HOE DJOKJAKARTA EN KLATEN NU 81 JAAR GELEDEN TOT DE FRANSCHEN OVEKGINGEN. Procesverbaal wegens de promulgatie van de gewigtige en Koningrijk Holland met het Fransche Keizerrijk te Djocjacarta en Klatten. Nadat de Minister (1) op den zeven en twintigsten van sprokkelmaand 1811 's morgens te zeeven ure ontvangen had het hoog geëerbiedigd aanschrijven van Zijn Excellentie den Heere Gouverneur-Generaal van den twintigsten bevoorens, houdende Hoogstderzelver verlangen, dat de daarbij gevoegde Proclamatie uiterlijk daags na de ontvangst op de plechtigste wijze zou worden gepromulgeerd, heeft hij de Rijksbestierder dadelijk bij zig ontbooden, om door denzelven Zijn Hoogheid de Regent Kandjeng Rodo Poetro Nazendro hiervan ten eersten kennis te geven. Vervolgens is door den Minister een Project-ceremonieel geformeert en in de Javaanse taal overgezet door de Rijksbestierder aan Zijne Hoogheid gepresenteert. Op welk Project-ceremonieel de Regent niets aangemerkt hebbende, zoo is dienovereenkomstig deze plechtigheid 's daags daaraanvolgende alhier voibragt geworden op de volgende wijze. Met het aanbreeken van den dag boven de voorpoort van het fortres de Hollandse vlag geheesen zijnde, marcheerde om half agt uur de compagnie Dragonders met- agterlating van de gewoone Lijfwagt voor de Minister na de craton van Zijne Hoogheid den Regent Kandjeng Rodo Poetro Nazendro op Kadipatten, om aldaar ter gewoone plaatse post te vatten. Vervolgens begaf de Minister, verzeld van zijn Secretaris in volle tl) In dieu tijd werden de residenten ministers genoemd, HEUCHELIJKE TIJDING DER VEREENIGING VAN HET

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1892 | | pagina 449