451
2 en 4 de verhouding van al het vleesch en bot op dien dag blijkt en
uit het procentisch aandeel aan vleesch en de rantsoenen (kolom 1)
juist is te berekenen, hoeveel vleesch ieder troependeel toekwam.
De hoeveelheid rauwe beenderen worden berekend, door het gewicht
der uitgekookte beenderen te vermenigvuldigen met 2,06.
Op 100 vleesch met beenderen is dus: 76,552 vleesch en 23,448
beenderen.
Door de eene partij is te min genoten 3,839 KG.
door andere is te veel 3,839 KG.
De beesten, voor deze fourageering gebruikt, voldeden aan de
VLEESCHDAG.
Hoeveel
heid
vleesch
gefoura-
geerd.
Hoeveel
heid
gekookte
beenderen
Hoeveel
heid
rauwe
beenderen.
Hoeveel
heid
vleesch
zonder
beenderen.
Vleesch
had
behooren
te zijn.
Te veel
of te
min
genoten.
5e Bataljon
Eur. Compagnieën.
53.03
6.180
12.730
40.300
40.595
0.295
5e Bataljon
Inl. Compagnieën.
31.70
4.560
9.393
22.307
24.266
1.959
5e Bataljon
Onderofficieren
8.88
1.100
2.266
6.614
6.797
0.183
Artillerie
9.94
1.460
3.007
6.933
7.609
0.676
Mil. Huis v. arrest.
28.—
2.570
5.294
22.706
21.434
1.272
Subsisten tenkader.
20.63
2.270
4.676
15.954
15.792
0.162
Hospitaal
83.—
9.800
20.188
62.812
63.538
0.726
Diversen Buiten-
menage
12.010
0.200
0.412
11.598
9.193
-+- 2,405
Totaal
247.21
28.140
57 966
188.224