470
de deserteurs zich verder niet meer van hun eigen wapen mochten
bedienen
dat een anderen Europeeschen fuselier B., die met eerstbedoelden
B. tezelfdertijd wegliep, hetzelfde was wedervaren;
dat zij beiden al dadelijk in een hutje opgesloten en streng
bewaakt werden
dat de eene B. spoedig ziek werd en gedurende twee
maanden in eene mandarsah telle quelle verpleegd werd, in het leven
blijvende door wat eten, dat de deserteur de V. hem nu en dan bracht;
dat zijn toestand hem weldra onverdraaglijk voorkwam en hij dien
tengevolge besloot zoo spoedig mogelijk naar onze troepen terug te
keeren
dat hem dit echter twee keeren mislukte en dat hij eindelijk wist
te ontsnappen door de wachtdoende Atjehers diets te maken, op
zijne huidziekte wijzende, dat hij bij den Tengkoe Loreh te Lamkrah
medicijnen halen moest.
B. wist tevens te verhalen, dat de Europeesche fuselier T., die den
26cn September 1884 van Lepong Arra deserteerde, aan koortsen
overleden was; dat eveneens zou overleden zijn de Europeesche
fuselier D., die don 21°" Februari 1884 van Glé Ivambing zoomede de
sergeant-majoor Y., die den 2en Juni 1882 van Kota-Radja weggeloopen
was (1); dat L die den 28en April 1884 van Anagaloeng deserteerde,
te Kajadang ziek lag en eindelijk dat de deserteurs de Y. en S., die
op 20 Mei 1882 en 21 Februari 1884 naar den overkant gingen, zoo
gaarne tot ons zouden willen wederkeeren, doch uit vrees voor straf
eerst wilden .trachten van Atjeh weg te komen.
Den 18en Maart 1885 werd er andermaal te Kota-Radja gerechtigheid
gedaan en stierf de fuselier B als C., op het schavot.
Yan den Europeeschen sergeant Iv een Duitscher, wiens voorletter
wij reeds hiervoren aanstipten, werd slechts weinig vernomen.
Hij bleef dan ook slechts elf dagen bij de ons vijandige benden.
Op den dag zijner desertie, zoo verhaalde K., moest hij van half
(1) Het overlijden van V. werd in de jaren 1S8S en 1889 nog sterk betwijfeld,
aangezien de generaal van Teijn berichten had ontvangen, dat hij leefde en zich liefst
ophield in de nabijheid van den Pretendent-Sultan te Kemala,