474 Aan deze statistiek voegen wij nog toe, dat ons op den 2 n Juli 1889 te Lambaroe door Toekoe Tjihiq, den hoeloebalang van de V Moekims (Montassik) verhaald werd, dat een paar dagen te voren een deserteur Ma-Oesoe gestorven was, die nog al wat geld met een winkeltje verdiend had. Dit zou dus B. zijn. Yoorts vertelde diezelfde hoeloebalang, dat er het jaar te voren, in 1888 een deserteur overleden was te Lamtih nabij Klieng, van wien hij echter niet den naam kon opgeven. Was de hiervoren genoemde de M. kort na zijne desertie besneden geworden, volgens zijne verklaring was de besnijdenis niet verplich tend, doch alleen gewenscht, sedert zich het geval voorgedaan had, dat een Europeaan een Duitscher, die van Anagaloeng was gede serteerd in gezelschap van een ander militair, die spoedig daarna weer was opgevat geworden aan de gevolgen der besnijdenis over leden was. Volgens gissing moet de M. hier B. op het oog hebben gehad, die zooals hiervoren gemeld werd op den 18en Mei 1884 te gelijk met een anderen B. van uit Anagaloeng deserteerde. De eerste was echter geen Duitscher, maar een Pranschman. Wij zullen thans nog een oogenblik verwijlen bij de ontboeze mingen van een Inlandsch soldaat, met name Wongsodjojo, die den 7cn Februari 1885 vermist, den 17en April d. a, v. weder bij onze troepen terugkeerde. Reeds spoedig met den dood bedreigd, als hij niet alles gewillig volbracht, wat men hem bevelen zoude, moest hij in den beginne hoogst vermoeiende marschen maken, werd hij gedurig streng bewaakt door met rentjong eu klewang gewapende Aijehers en had hij zich te voeden en te laven alleen des avonds met wat divge rijst, visch en water. Zijn verblijf bij de Atjehers beviel hem dan ook zoo bitter slecht, dat hij zich weer gelukkig gevoelde naar onze troepen ter sluiks te kunnen terugkeeren. Die terugkeer bekwam Wongsodjojo te beter, naardien hij wegens gebrek aan bewijzen door het Hoog Militair Gerechtshof van de misdaad van „desertie" vrijgesproken werd. Werd hiervoren aangeteekend, dat misbruik van sterken drank,

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1892 | | pagina 485