DE HOOGERE KRIJGSSCHOOL. Bestemming der Hoogere Krijgsschool Zooals bekend is, heeft Na alle regelingen omtrent de Hoogere Krijgsschool getroffen zijn, is het voor de lezers van dit Tijdschrift wellicht aangenaam een opstel onder de oogen te krijgen, waarin hun een overzicht wordt gegeven van de voornaamste der op onze hoogste inrichting van militair onderwijs betrekking hebbende bepalingen, voorzooverre zij op de Indische officieren van toepassing zijn. De gelegenheid ons daartoe door de redactie van het Tijdschrift aangeboden, hebben wij tevens benut tot het vergelijken van de tegenwoordige regeling bij de vroegere en daaraan eenige beschouwingen vast te knoopen. De bepalingen betrekking hebbende op de Hoogere Krijgsschool zijn te vinden in: de Wet van den 21en Juli 1890 tot Regeling van het Militair Onder wijs hij de Landmacht het Reglement voor de Hoogere Krijgsschoolvastgesteld bij Koninklijk Besluit van 14 September 1891. (Indisch Staatsblad 1892 No. 49); het Kon. Besluit van 10 October 1891 No. 28 (Ind. Stbld. No. 50) regelende de tractementen, de toelagen en verdere geldelijke vergoedingen, toe te kennen aan het personeel, hetwelk aan de Hoogere Krijgsschool zal worden verbonden of daarbij zal worden gedetacheerd het Voorschrift voor de Hoogere Krijgsschool, vastgesteld bij gemeen schappelijke beschikking van de Ministers van Oorlog en van Koloniën (Ind. Stbld. No. 52); het Voorschrift tot regeling van het landbouwkundig onderwijs, te geven aan de leerlingen van de Hoogere Krijgsschool, die aan deze inrichting de studiën volgen voor den Intendancedienst, vastgesteld als boven, (Ind. Stbld. No. 52); het Voorschrift ten aanzien van de detacheeringen in Nederlandsch- Indië van de officieren, die de studiën aan de Hoogere Krijgsschool hebben voltooid (Gouv. Besluit van 15 Februari 1892 No. I Stbl. No. 53).

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1892 | | pagina 521