587
Er zijn dus 117 soepeters en 107 niet-soepeters.
Nemen wij nu aan, dat de vreemde bepaling vanhetRegl. op den
I. D. niet naar de letter wordt opgevat en dat dus ook de lijders
le en 2C afd. en de off. der wacht een deel van hun vleesch aan de
soep afstaan, dan nog doen zich de volgende onjuistheden voor:
le. 107 personen geven een deel van de voedingswaarde en den
lekkeren smaak van het hun toekomende vleesch aan de soep maar
eten die soep niet.
2e. Van 0,300 K.G. vleesch eten 71 lijders der 3°. afd. evenvee^
soep, als die der le en 2e afdeeling van 0,500 K.G. vleesch.
3C. De lijders 4e afd. ontvangen hun geheele rantsoen als gekookt
vleesch; dit is van hun eigen rantsoen onmogelijk, want hiervan is
zeker 1/i bot en x/5 krimpt bij het kokeu.
Werd hun werkelijk 0,400 gekookt vleesch verstrekt, dan bena-
deelen zij de andere categorieën.
Het is niet aan te nemen, dat men hun op die wijze compensatie
wil geven voor het nadeel aan hun eten door het uitkoken in de
soep veroorzaakt.
Sterkte.
Vleesch toe
gestaan per
lijder.
"Wordt genoten als:
Soep.
Welke categorie.
4
0,500
's m. biefstuk, haché, ge
braden vleesch.
's a. bietstuk, lapjes, frica-
del, gebraden vleesch
hoeveel telkens?
0,750
Liter.
le afd.
6
0,500
0,250 vleesch
0,750
2e afd.
71
0,300
0,200 gekookt
vleesch.
0,750
3e afd.
55
8 halve
portie
0,400
's m. 0,200 gelcookt
's a. 0,200 vleesch.
0
4e afd.
2
0,500
als lijders le afd.
0,750 off. d. wacht.
19
0,500
gekookt vleesch hoeveel
Soep
Eur. personeel.
15
0,400
Idem.
Soep
Inl. personeel.
44
0,250
Idem.
0
Dwangarbeiders.
