542 zeer vette os middelmatig vette os magere os vette koe magere koe. 55,42 72,25 76,71 70,96 76,35 17,19 20,91 20,78 19,86 20,54 26,38 5,19 1,50 7,70 1,78 Waar zulk groot verschil in cijfers bestaat is het bijzonder moeilijk uit te maken, met welk der 5 rubrieken komen nu onze sappi's overeen? Dat schrijver de tweede rubriek kiest is misschien te verklaren, door dat uit de vage redactie der voorwaarden is op te maken, dat, aangezien koeien en dieren, die voortdurend voor de voortteling dienden; niet mogen aangenomen worden, er dus slechts overblijven ossen en jonge stieren. Het is echter best mogelijk, dat de keuze van den Heer Vries later zal blijken de juiste geweest te zijn, maar voorshands steunt zij niet op vertrouwbare gegevens en daarom zijn de resultaten, met behulp dezer cijfers verkregen, het evenmin. Vermelding verdient, dat volgens getuigenis van officieren, die jaren lang vee keurden en van meergemelden slager steeds stieren worden geslacht en geene ossen. Op de qualiteit van het vleesch kan dit niet zonder invloed zijn. König geeft geen cijfers voor stieren. c. Schrijver maakt ook voor de verteerbaarheid van het vleesch gebruik van Europeesche middencijfers. Zou dit wel juist zijn? De handboeken drukken zich zeer critisch uit door de stelling: „de qualiteit en voedingswaarde van het vleesch hangen in de aller eerste plaats af van het ras, den ouderdom, het voedsel en de levens wijze van het dier". Oudere dieren en vooral dieren, die als trekdieren hebben dienst gedaan, gedurende een zeker tijdperk van hun leven, hebben een hard en taai vleesch; het bevat veel pezen en is minder goed verteerbaar. Wat de qualiteit van het Indische rund vleesch aan gaat, zijn alle huismoeders het eens, dat het minder sappig is dan in Nederland. Allerlei hulpmiddelen worden te baat genomen om Water. N.-houdende bestanddeelen, (eiwit). Vet.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1892 | | pagina 553