719 reden zeker niet meer geplaagd behoefde te worden met een voorschrift, dat het zitten als ieder gewoon mensch onmogelijk maakte en steeds stijf en recht uitgestrekte beenen vereischte. Ik geloof dat de a. s. uniformverandering der officieren minder een uitvloeisel is van de daarvan in 't algemeen ondervonden gebreken dan wel van de omstandigheid, dat de manschappen nieuw uitgedost zijn en het gewaad der officieren daarmede in overeenstemming moest worden gebracht. En tot een wijziging in de kleedij der mindere militairen bestond indertijd alle urgentie, want hun costuuni was een toppuut van wansmaak en armoede. Toch komt ook hierin weder de waarheid om den hoek kijken, dat doelmatigheid te velde goed moge zijn, maar dat netheid in 't garnizoen toch nog meer waard is. Wel verkondigt men altijd luide het tegendeel en brengt men steeds met veel ophef de doelmatigheid te velde op den voorgrond, maar inderdaad handelt men en lang niet altijd ten onrechte soms in geheel anderen zin. Want, hoe afschuwelijk leelijk ik ook de oude uniform van onze soldaten vond en welk een aanwinst ik de tegenwoordige kleedij ook acht, de eerste was te velde veel geschikter dan de laatste ooit worden zal. Wie onzer herinnert zich uit den goeden, ouden tijd, toen te Atjeh geageerd en door dik en dun geplast werd, niet met den meesten wellust de nu helaas, afgeschafte bamboezen broeken, voor enkele centen uit de magazijnen van kleeding te ontvangen. Mooi waren ze niet, verre van daar en als ze een keer of tien gewasschen waren, namen ze een onbeschrijflijk vuil blauw-geel kleurtje aan, maar practisch, neen maar, parlez moi de ga! De sergen pantalons, thans de beenen van onze fuseliers zeer netjes en stemmig omklemmende, zullen zich dan ook nooit zoo'n naam maken als hunne verachte, maar toch zoo bruikbare bamboezen collega's. Doch of de invoering van de nieuwe officierskleeding te danken is aan den wensch om haar in overeenstemming te brengen met die van de mindere militairen, dan wel of de oude zoo gebrekkig is gebleken, dat verandering bepaaldelijk noodig was, dit alles weetik

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1892 | | pagina 170