727
Voor de wraak van den Sultan en van de Hoofden beducht, begaf
T. Tibang zich, na zijne terugkomst in Atjeh, naar het Gigiengsche
bij Tengkoe Bintara Kamangan, bij wien hij gebleven is, totdat hij
zich in 1878 bij ons heeft aangesloten.
T. Bintara Kamangan leefde toen reeds in vijandschap met
Tengkoe Pakih Osinan (of Oesman) van Pedir, aan wiens zijde zich
de Sultan geschaard had. T. Tibang kon zich daar dus veilig achten.
Dat Sultan Mahmoed Alaidin Sjah liever geen oorlog met de Hol
landers had is mij meer dan eens door Atjehsche Hoofden verzekerd.
Om den oorlog te vermijden zou hij zelfs een brief geschreven
en afgezonden hebben aan den Regeerings-Commissaris Nieuwen-
huijzen, waarbij hij het N. I. Gouvernement Poelau Wé aanbood
wanneer men hem en zijn land niet zou aanvallen.
Ongelukkigerwijs moet dat schrijven door T. Panglima Polim en
T. Imam Longbatta onderschept en vernietigd zijn geworden.
Na Sultan Mahmoed's overlijden waren de Atjehsche Hoofden het
niet dadelijk eens wien men tot Sultan zoude proclameeren. Eene
partij wenschte Toeankoe Hoesin, eene andere weder den toen zesjari
gen Toeankoe Mohamad Daoed uit te roepen. Door zijne intrigues
wist Toeankoe Haschim eindelijk de schaal naar Toeankoe Mohamad
Daoed's zijde te doen overhellen en werd deze tot Sultan uitgeroepen.
Bij deze verheffing zat de jeugdige Sultanstelg op den schoot van Toean
koe Pangeran Hoesin en niet op dien van T. Panglima Tibang.
Dat T. Panglima Tibang het bestuur in Atjeh, na zijne onder
werping, goede diensten heeft bewezen, zal niemand tegenspreken (1
Eek belakgstellekde.
II
LEVENSVERZEKERING.
Dat de strijd om het bestaan van dag tot dag grootere proportiën
aanneemt, maken ons niet alleen de berichten in de dagbladen uit alle
(1) Op de Noord- en Oostkust van Atjeh dragen wereldlijke en geestelijke Hoofden
vóór hunne namen, het praedicaat „Tengkoe"
in Groot Atjeh en de Westkust de wereldlijke Hoofden Tekoeen de geestelijke
Hoofden Tengkoe;
de SultanstelgenToeankoeHet praedicaat PohTjoetwordt gebruikt door
Hoofden> die van verwijderde Sultanstelgen afstammen.