745 Wij zien ons door sommige lezers al tegenspreken, dat borden erg breekbaar zijn en niet bijzonder geschikt voor onze soms wel wat ruwe Europeanen. Dit is echter geeD bezwaar. In de eerste plaats, is het gehalte van onzen Europeeschen militair veel minder ruw dan vroeger, ten tweede zal hij zich wel wachten om den boel stuk te gooien wanneer hem maar behoorlijk de vergoeding voor het gebrokene wordt opgelegd. Hoe zou het anders gaan met glaswerk enz. in onze militaire cantines. Anderen zullen ons tegenwerpen, dat ieder soldaat zich zelf wel een bord kan aanschaffen, wanneer hij daar zoo op gesteld is. Er zijn er ook wel die zulks doen, doch wij weten allen heel goed hoe of het gaat wanneer men iets aan een fuselier overlaat. Die maatregel zou niet eens een lialve maatregel zijn en zal de proef slagen, dan moeten er in de eerste plaats afdoende maatregelen genomen worden, uitgaande van het legerbestuur. Geeft men hem (den Europeaan) nu mg mes, lepel en vork, alle zaken welke al lang tot de uitrusting hadden moeten behooren, dan is hij klaar om zijn maal te kunnen nuttigen zooals ieder Europeaan dat hier in Indië gewoon is te doen. H. De onderwerpen, waarop de schrijver in zijn stukje overigens nog de aandacht vestigt, zijn daaruit weggevallen, omdat ze reeds zijn besproken op bladz. 562 deel II, Jaargang 1890 en op bladz. 97 deel II, Jaar gang 1891. Red. Reëngagementen van Fransche onderofficieren. Zooals bekend is, heeft weinige jaren geleden het Fransche leger zulk een nijpend gebrek aan ervaren onderofficieren gehad, dat de regeering zich heeft genoodzaakt gezien, hunne positie te verbeteren. De daartoe strekkende maatregelen zijn bij de Wet van 18 Maart 1889 in werking getreden en hebben zulk een succes gehad, dat het cijfer der reëngage menten van 12000 tot 24000 is gestegen. Daardoor is echter weder ontevredenheid ontstaan onder de jeugdige soldaten, die den onderofficiers rang begeeren en zich nu door het aanblijven van de oudjes in hunne vooruitzichten gevoelig geschaad achten. Interessant zijn overigens de cijfers, die aangeven hoe de reëngagemen ten over de verschillende wapensoorten verdeeld zijn. Bovenaan staat de militaire administratie, in 't midden de infanterie en onderaan de genie. De Duitsche schrijver, aan wien wij dit bericht ontleenen, voegt boosaardig

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1892 | | pagina 196