- 784 elke twee gevangenen wordt één geleider toegevoegd en dezen op gedragen toe te zien dat gedurende den marsch de handen niet worden losgewrongen en de gevangenen niet met elkander spreken. Mishandeling wordt verboden, sfrenge gehoorzaamheid evenwel van hen geëischt. De gevangenen met hunne geleiders worden gesteld onder orders van een Eur. sergeant. Waar de weg dit toelaat, marcheeren de bewakers naast en anders achter de twee gevangenen, die zij te begeleiden hebben en voor wie zij aansprakelijk blijven. Bij eene ontmoeting met den vijand wij den zij hunne aandacht uitsluitend aan hen en gedoogen niet dat zij door roepen of schreeuwen teekens geven. In het gevecht wordt ongehoorzaamheid met den dood gestraft. Op het vastgestelde uur wordt afgemarcheerd in den volgenden marschvorm voorhoede X 1 Eur. sergeant. 2 fuseliers. 6 Inl. 1 Inl. sergeant, fuseliers. <10 3 tandoes. 1 Eur. sergeant. 3 fuseliers. 2 Inl. 10 gevangenen. transport Ct. 1 Inl. sergeant. 1 Eur. 1 10 17 Inl. Hoofdmacht. korpl. hoornbl. fuseliers. o 10

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1892 | | pagina 235