924 Meu betaalt echter gedureude den luitenantstijd minder dan als kapitein en als kapiteia weer minder dan als hoofdofficier en wel naar den door de vereeniging aangenomen maatstaf voor de stortingen. De maatstaf is dat elke storting bedraagt voor een luitenant f 1. voor een kapitein 1.50 voor een opper- of hoofdofficier 2. Yoor gepensionneerde officieren de helft van het bedrag voor den actieven rang bepaald. Het aantal officieren der verschillende rangen bedroeg op 1 Jan. 1888: 131 opper-en hoofdofficieren, 393 kapiteins en 1046 luitenants, en 350 gep. 492 gep. 146 gep. De 1823 leden der vereeniging kunnen rangsgewijze verdeeld worden als volgt: 78.5°/o van 131= 103 opper-en hoofdofficieren, 78.5 °/o 393= 308 kapiteins, 78.5 °/0 n 350= 275 gepens. opper- en hoofdofficieren, 78.5 °/o 492= 386 gepens. kapiteins, 78.5 146= 115 gepens. luitenants, Totaal 1187 Bijgevolg 636 luitenants. Totaal Generaal 1823 officieren. Naar bovenvermelden maatstaf bedraagt elke storting f 206 -f- f 462 f 275 f 28950 f 57.50 f 636 f 1926. Bijgevolg moet elk lid jaarlijks gemiddeld 28.80 stortingen verrichten, zoodat per rang maandelijks moet worden gecontribueerd, ook al weer gemiddeld: door een luitenant f 2.40 door een kapitein B 3.60 door een opper-of hoofdofficier 4.80 door een gepens. luitenant 1.20 door een gepens. kapitein 1.80 door een gepens. opper-of hoofdoff. 2.40 Deze cijfers moeten in overweging worden genomen, want van de betrekkelijke grootte dier bedragen hangt de levensvatbaarheid der ver eeniging geheel en al af. Zijn deze sommen zoo laag te noemen, is de

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1892 | | pagina 375