de som van twee fouten, namelijk een constante en een veran
derlijke.
liet elimineeren dier constante fout is eigenlijk, wat men inschie
ten noemt; is eenmaal die fout geëlimineerd, of liever, moet men
dit op waarschijnlijke gronden aannemen, dan begint het voortge
zette vuur, waarbij men controleeren moet, of die aanname juist is
of niet. Doordien in het algemeen over de grootte der lengte
afwijkingen niet geoordeeld kan worden, is daarbij het elimineeren
der constante fout omslachtig en tijdroovend; het vordert normaal
minstens vijf schoten en enkel de omstandigheid, dat men dit on
mogelijk op kortere wijze gedaan kan krijgen, is oorzaak, dat men
daarin dient te berusten.
Bij breedteafwijkingen kan men daarentegen de constante fout,
althans bij benadering door schatting leeren kennen, en is men dien
tengevolge in staat haar door eene enkele correctie, dus na één schot,
te elimineeren. Is namelijk de afwijking zóó groot, dat het on
waarschijnlijk moet worden geacht, dat het ware gemiddelde trefpunt
in het doel ligt, (en wij zullen aangeven, hoe men dit beoordeelen
kan), dan volgt daaruit, dat het waarschijnlijk elders is gelegen, en
wel daar, waar het eerste schot gevallen is. W ant aangezien de
kans om eene afwijking o te verkrijgen, altijd grooter is dan de
kans op eene afwijking van bepaalde grootte, heeft men altoos de
meeste waarschijnlijkheid, dat het ware gemidddelde trefpunt samen
zal vallen met dat, hetwelk men bij het eerste schot verkregen heeft,
en de afstand hiervan tot aan het doel is dus het meest waarschijnlijk
bedrag, waarmede men corrigeeren moet. Men mag daarna aanne
men, dat het gemiddeld trefpunt in het doel ligt en men moet dit
zelfs aannemen, tenzij uit het tweede schot wederom blijke, dat
tengevolge van onjuiste schatting of eenige andere oorzaak, die aan
name wederom onwaarschijnlijk wordt gemaakt. Het voortgezette
vuur bij breedteafwijkingen kan dus eerst beginnen, zoodra men
eene afwijking krijgt, kleiner dan de berekende maatstaf.
Voert men hiertegen aan, dat dit eene dooreenmenging is van
twee systemen, een hinken op twee gedachten, dan merken wij op,
dat eene consequente doorvoering van alle regels voor lengteafwij
kingen in normale gevallen, minstens vier schoten meer zal kosten.
