Sprokkelaar. 1027 - 's Landsdrukkerij. Zou mon aan die inrichting niet zoo goed willen zijn op de extracten-strafhoek niet meer strafregister te willen drukken. Het moet nu telkens worden doorgehaald en veranderd in strafhoek, anders is het stuk niet „in den vorm". Leggers van Paarden. Aan het zeer belangwekkende opstel: „Uit de praktijk van een paar denarts door J. van do Yelde,opgenomen in de Yeeartsenijkundige bladen, deel VI, Aflevering 2 en 3, wordt het volgende ontleend; In het garnizoen, waar ik de eerste l1/2 jaar van mijn verblijf in Indië werkzaam was, trokken het meest de aandacht, leggers en kwaden- droes. AVanneer die leggers niet zoo'n overweldigende rol speelden, zou het dwaas zijn, ze in één adem te noemen met kwaden-droes; nu niet. In 1890 werden met leggers behandeld 164, in 1891 135 paarden. Weet men nu, dat de paarden hierdoor gemiddeld 28 dagen aan den dienst worden onttrokken, dan krijgt men eenig denkbeeld van den omvang der stoornis door dit gebrek in een paardenstapel, sterk 500 paarden, teweeggebracht. Mijn meening omtrent de oorzaken van leggers bij de troepenpaarden is dat deze zijn: het liggen op planken en het verontrusten dat de paarden elkander doen tijdens ze liggen. Bij groote vermoeienis, hetzij door over dreven inspanning, hetzij door versletenheid, speelt dit ongetwijfeld ook oen rol van beteekenis. Geen officierspaard heeft leggers, behalve bij een enkel merkwaardig individu (ze zijn er) die zijn paarden geen pail lasse geeft. Tegen het liggen op paillasse van officierspaarden bestaan geen steek houdende bezwaren, blijkens het feit, dat vrij wel ieder het zonder noemeus- waardigen last bewerkstelligt. Een officier, wiens paarden leggers hebben,.. verkiest dus paarden te hebben, met loggers. Maar er is nog meer ver schil tusschen officiers-en troepenpaarden in verzorging en leefwijze dan het bezit van paillasse. Van de twee officierspaarden der cavalerie staat er één zeer ruim en meestal los in een box (het ware voor ieder paard). Het andere staat dan vooral niet ruimer dan de troepenpaarden, maar het is tegen overlast van zijn buurman geheel gevrijwaard. Mocht een cavalerieofficier 3 paarden hebben, dan staan ze inderdaad niet ruim bij aanwezigheid van vaste schotten er tusschen maar een officier zet natuurlijk zijn paarden niet aan een halsband vast (die is bestemd voor

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1892 | | pagina 478