- 1093
Neen, weg met de commissiën, zooals ze thans om een haverklap
in het leven geroepen wordenGeen processen-verbaal, dan daar waar
ze onontbeerlijk zijn! Dan zal er eerst een zuivere toestand kunnen
geboren worden.
Ga ik thans eens na, in hoeverre dat te bereiken zoude zijn. Als
niet tot de ingewijden behoorend, heeft schrijver dezes niet meer
dan een vaag vermoeden er van, dat daartoe in de eerste plaats aan
fundamenteele bepalingen (1) zou moeten worden getornd, en daar
hij begiunen moet met dit aan de „competenten" over te laten,
is hij de eerste, die aan zijne voorstellen actueele waarde ontzegt.
Edoch, als eene poging in de goede richting worden ze met beschei
denheid voorgedragen.
a. Commissiën tot opname en overgave van bewaarplaatsen.
Zijn m. i. gemotiveerd te achten in één enkel geval: bij het
openvallen van een beheer (bij overlijden, voortvluchtigheid, enz. van
den comptabele).
Zij wordeu thans nog benoemd:
I. Bij overgang van het beheer van den eenen comptabele op den
anderende overnemer kan echter gerekend worden, goed genoeg
uit zijn oogen te zien. Zijn eigenbelang brengt dat mee. Eene
commissie kau hierbij noodig zijn, om eventueele, toch werkelijk zeld
zaam te achten quaestiën uit den weg te ruimen, maar kan dan
ook gevoegelijk eerst le cas échéant worden benoemd, en dus van het
lijstje der periodiekewordeu geschrapt.
II. Op het einde van het dienstjaardaar in de kleinere maga
zijnen, om oeconomische redenen, geen grootere voorraden behooren
te worden opgelegd, dan ter voorziening in de onmiddellijke behoefte
noodig is, en controle hierop door driemaandelijksche indiening
van de verantwoording en door maandelijksche restant opgaven mo
gelijk is; daar voorts van boogerhand voor de noodige wisseling
van beheer wordt zorg gedragen kan eenvoudig geen wanbeheer
(1) Zouden we echter, telkens wanneer we zoo voor die „fundamenteele bepalingen"
terugschrikken, ons niet aan bijgeloof schuldig maken? Opmerkelijk toch is de tegen
stelling die den oppervlakkigen waarnemer treffen moet. wanneer hij bij onze werk
wijze die der, toch zeker op gelijke grondslagen werkende burgerlijke departementen
vergcljjkt.