MUTATIEN BIJ HET OFFICIERSKORPS VAN IIET
NED.-INDISCH LEGER GEDURENDE
DE MAAND AUGUSTUS 1892.
BENOEMD.
Gewestel. en plaatsel. staven.
Infanterie.
Militaire Administratie.
Infanterie.
Cavalerie.
Tot plaatsel. commandant te Batavia, de maj. F. C. A. J. Schnelle;
tot plaatsel. adjudant t.e Kota-Radja, de le It. E. Kroef.
Tot 2e lt., de sergeanten J. W. de Bruïne, E. M. Carpentier Alting,
A. Franssen, W. van der Meer, P. J. R. Hamel en L. H. Berg;
tot adjudant bij het 5e bat., de le It. C. A. Meulemans;
tot adjudant bij het 7e bat., de le It. J. W. Beukers;
tot adjudant bij het 14e bat., de luit., J. H. Hoekstein;
tot adjudant het 15e bat., de le It. P. II. Mathijsen en W. E. Kerapees;
tot adjudant bij het 2e dep. bat., de le F. W. G. Ivuijpers;
tot adjudant bij het garn. bat. van Palembang, de le luit., H. A. Harms;
tot instructeur bij de milit. school, de le It. D. .T. Hageman;
tot instructeur bij de kaderschool van het 2e dep. bat., de le It. W.
\V. Onland
tot hulp-instructeur bij den voorbereidenden cursus van het lc dep.
bat., de 2e It. P. A. van Waasdijk;
tot hulp-instructeur bij de kaderschool van het 2e dep. bat., de 2e lt.
II. L. Bense.
Tot 2e lt.-kwm., de sergeanteu L. H. Spook en S. T. F. Bausch.
Geneeskundige Dienst.
Tot off. v. gez. 2e lel. de heeren (artsen) F. W. Spaan, S. Visser en
F. P. 0. van Dooren.
BEVORDERD.
Tot maj., de kap. J. W. J. Hofman;
tot kap., de le lt. W. de Beijer, A. J. van Geelen, C. A. van der Bel
en T. J. van Dam;
tot le lt., de 2e lt. D. A. de Voogt, J. A. van Daalen, J. L. K. F.
de Willigen, P. A. H. Holten, J. P. A. Koentze en S. L. Swaab.
Tot le lt., de 2e It. J. T. van Maren.
