618
door hare krijgsbedrijven beroemd opperhoofd staan, bij een expeditie
steeds den Koning omgeven en alleen op diens uitdrukkelijk bevel
den vijand mogen tegemoet treden
De bewapening van de mannelijke en vrouwelijke Dahomeysehe
krijgslieden is bij de onderscheidene regimenten verschillend.
Het koninklijk regiment, dat dei' Muzulmannen, zoomede de lijfwacht
van den troonsopvolger zijn voorzien van zoogenaamde „Buccaneer
guns," te Birmingham vervaardigd, 80 M. ver dragende en kogels,
steenen, stukjes ijzer en koper wegschietende.
Ieder soldaat heeft een patroontasch vol munitie, terwijl de proppen
van zeer fijn stroo worden vervaardigd. Behalve een geweer heeft
ieder man een groot mes en een knots van zeer hard hout.
De Buccaneer guns zijn niet talrijk en alleen bestemd voor bevoor
rechte korpsen; grooter in aantal en beter van qualiteit zijn de kleine
Fransche karabijnen model 1822, waarmede het gros der Amazones
is uitgerust.
hTog een ander klein gedeelte van het leger is bewapeud met een
zeer kort geweer, waarvan de loop van het midden tot aan de riionding
wijd uitloopt, dat met een groote hoeveelheid kogels wordt volgestopt
en op een kleinen afstand wordt afgeschoten.
Deze wapens zijn door de Portugeezen ingevoerd en komen geheel
overeen met de donderbussen, die de Fransche sappeurs een eeuw
geleden bezigden.
Al de vuurwapens die hierboven genoemd werden, zijn vuursteen
geweren, bovendien echter wordt verzekerd dat in Dahomey een vrij
groot aantal repeteergeweren wordt aangetroffen.
Enkele manschappen zijn nog voorzien van pijlen, bogen en assagaaien.
De artillerie schijnt voornamelijk te bestaan uit zes oude kanonnen,
die de Franschen in de 17e eeuw te Xavier of Savi hebben achter
gelaten. Andere stukjes van zeer klein kaliber worden op den weg
gezien en zijn half in deu grond begraven.
De hoofdstad Abomey binnentredende ziet men drie oude kanonnen,
zonder affuiten, die zoodanig zijn gelegen, dat zij de toegangen tot de
plaats kunnen bestrijken.
In 't algemeen bezitten de stukken onverschillig of zij voor
feestdagen of voor den oorlog dienen noch affuiten noch muuitiekisten.
