114
zakelijk in zijn terrein, in of nabij zijne loopgraven, buiten de lijn
onzer posten en op of nabij de toegangspaden naar onze linie en door
hier en daar verrassend optredende patrouilles iu voortdurende
onrust houdt, hem de koopjes laat snappeu, welke hij ons toedenkt.
Men moet ook niet schromen om daar waar noodig, 's vijands positiën
van zeer nabij te verkennen, opdat de bevelhebber steeds tot in bij
zonderheden wete, wat zijne troepen hier of daar te wachten staat.
Het slechtste stelsel is louter passieve verdediging met blokhuizen en
dergelijke, ook nacht aan nacht uitgestelde hinderlagen achter de cein
tuurbaan; zulke hinderlagen achter een vaste grens worden door den
vijand, op oogenblikken dat hij zelf iets van plan is, geobserveerd en
aangevallen of afgewacht en vallen in'c laatste geval zelf in hinderlaag.
Terwijl men nu van militaire zijde op practische wijze zorgt voor
de volkomen veiligheid in- en binnen de linie, het eerste op de
aangegeven wijze door behulp van de officieren en troepen van de
posten, (niet door het korps maréchaussée, dat slechts binnen de linie
mag optreden als politiekorps) en het geheel onder de leiding van
den chef van den staf, die voor de volkomen veiligheid aansprakelijk
moet worden gesteld, is het de taak van het bestuur om een einde
te maken aan het schieten op onze posten, trams enz., en de onze
linie omringende moekims tot rust te brengen.
Hiertoe heeft men lang geen drie jaren noodig, zooals Scherer als
termijn stelt, maar dit kan men in veel minder tijd bereiken.
Daartoe moet men grondig bekend zijn met den toestand in de
onze linie omringende sagi's en moekims, alsook met de hoofden der
benden, die de beschietingen besturen.
Zooals iedereen weet, die op Groot-Atjeh goed bekend is, zijn het
noch alleen Groot-Atjehers, noch uitsluitend Pedireezen (1) waaruit
de onze linie beschietende benden zijn samengesteld. Het is een
samenraapsel van allerlei gelukzoekers, menschen zonder vast verblijf
of werk, voorts fanatieken, die zich door priesters laten opzweepen
en ook doet hier en daar de gewone bevolking mede.
(1) Het woord „Pedireezen" moet men niet verkeerd begrijpen. Ala men te Atjeh
zegt „orang Pedir" bedoelt men in 't algemeen lieden van de Noordkust. Wil men
dus bepaald weten, welke lieden bedoeld zijn, dan moet men speciaal vragen, in welk
staatje zij 't huis bebooren of wie hun hoofd is.