257 Beschrijving van de affuit. Yan de gewone veldaffuit wijkt die voor het 6 cM. snellaad-veldkanon in hoofdzaak daardoor af, dat de terugloop opgeheven is en de nauw keurige zijdelingsche richting met behulp van een stelrad kan worden gegeven. Deze afwijkingen, in verband met de bijzondere soort mu nitie (projectielen met messingen patroonhulzen verbonden), laten een veel sneller vuur toe. Uit een constructief oogpunt beschouwd, merkt men aan de affuit de volgende verschillen op met onze veldaffuit. Het kanon ligt met zijne tappen niet in de eigenlijke zij wangen, maar in eene bovenaffuit, die op zich zelve uit de beide zijwangen met hare dwarsverbindingen bestaat. De bovenaffuit rust met haar ondervlak op de onderaffuit en is met deze door een voor de as der raderen aangebrachte spil verbonden. De draaiing om deze spil wordt verkregen middels een zijlingsche richtmachine, bestaande uit een stelsel van conische raderen met wormrad en schroef zonder eind, benevens een stelrad. Aan de linkerzijde is het draaiwiel voor de Aoogrte-richting, waar van het mechanisme op overeenkomstige wijze als dat voor de zij lingsche richting is geconstruëerd. De affuit draagt voorts, om den richter te beschermen tegen uit geworpen patroonhulzen, een schuin gestelde plaat, door Krupp ge noemd: Patronenabweiser. De rem bestaat uit een ploegschaar onder den staart der affuit en een rem ten gebruike bij het schieten. Tweeërlei remmen zijn beproefd geworden. De eene werkt bij den terugloop automatisch met toenemende kracht, zonder dat het „herstel len" van het stuk bemoeilijkt wordt. Yoor laatstgenoemd doel is geen ontremmen noodig. De andere rem die beproefd is geworden verschilt, behalve in de constructie, in hoofdzaak daardoor van de eerste, dat hij bij het schot aanstonds met volle kracht werkt. De ploegschaar ondersteunt de werking van den rem. Om het indringen van den staart in den grond zooveel mogelijk te beperken, is aan den staart tot vergrooting van het drukvlak rechts en links een hoekijzer bevestigd.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1893 | | pagina 260