23 gevoelen der Atjehers, ruim 60 jaren, is de gewichtigste persoon uit de geheele Atjeh geschiedenis, onze heftigste tegenstander, de per soonlijke verbitterde vijand van de Hollanders. Aanvankelijk gevestigd iu het Delische en gehuwd met eene bloed verwante van den Sultan van Langkat, werd hij door ons in 1865 vandaar verdreven. Yan dien tijd dagteekent zijn haat tegen de Hollanders. Bij zijne zooeven genoemde echtgenoote kreeg hij geen kinderen; daarentegen wel bij eene goendiq, eene Tamiangsche vrouw, die hem een zoon baarde, dien hij Toeankoe Brahim noemde. Na zijne verdrijving door ons uit Deli trok Toeankoe Haschim af naar Langsar, waar hij een tweede huwelijk sloot met de zuster van van den Kedjoeroean Langsar, die hem bij deze gelegenheid het landschap Modjopahit als leen afstond. •Bij deze vrouw kreeg Toeankoe Haschim eene dochter Nja Tji geheeten, thans gehuwd met het tegenwoordige hoofd van Modjopahit Habib Rajoet en een tweede, waarover straks. Toen de oorlog met Atjeh was uitgebroken begaf Toeankoe Haschim zich derwaarts en was hij zelfs, zooals de Generaal v. Swieten zegt, in 1874, na den dood van Sultan Machmoed, een der pretendenten tot den troon. In Modjopahit stelde hij een Wakil aan, Habib Abdoe Rachman, die zich in Mei 1877, niet als Wakil van Toeankoe Haschim, maar als hoofd van Modjopahit, onderhoorigheid van Langsar, aan het Ned. Gouvernement onderwierp. In latere jaren is Modjopahit onafhankelijk verklaard van Langsar en het tegenwoordige hoofd, Habib Rajoet, schoonzoon van Toeankoe Haschim, is tegenover ons het wettige hoofd van Modjopahit, in werkelijkheid echter de Wakil van Toeankoe Haschim, die in Mod jopahit pepertuinen bezit, waarvan hij inkomsten trekt en wiens zoon Brahim ook daar verblijf houdt. Hoewel het nu in 1874 aan Toeankoe Haschim, die in Atjeh vervreemd was, niet gelukte om zich tot sultan te doen kiezen, heeft hij zich toch geleidelijk meer en meer in de Atjehsche zaken weten te mengen en in onze oogen is hij zelfs het hoofd yan het verzet geworden. Hij begon n. 1. met zich te belasten met de opvoeding van Toean-

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1893 | | pagina 26