275 vier en niet ouder dan twaalf jaren zijn, met dien verstande, dat een een maal ingeschreven paard ook na het twaalfde jaar in de Vereeniging mag blijven; het mag slechts als rijdier gebruikt worden. Een ingeschreven paard, dat van eigenaar verwisselt, kan t/m het 14e jaar op nieuiv worden ingeschreven en moet aan de in artikel 17 gesteldo eischen voldoen. Art. 16. Paarden in een garnizoen, of komende van eene plaats, waar de kwade droes epidemisch heerscht, kunnen eerst ingeschreven worden, in het eerste geval, drie maanden nadat de epidemie heeft opgehouden; in het laatste geval, drie maanden nadat zij in het garnizoen zijn aangekomen. Art. 17. Ieder die lid verlaagt te worden, geeft daarvan schriftelijk kennis aan den directeur, hetzij rechtstreeks, hetzij door tusschenkomst van den correspondent ter plaatse, onder overlegging van een signale- mentstaat van het paard, overeenkomstig model A (1). Art. 18. Elke deelneming vangt aan veertien dagen nadat de kennis geving door den Directeur is ontvangen. Art. 19. Het lidmaatschap houdt op: bij verlies van een paard, als in artikel 2 bedoeld, en bij opzegging van het lidmaatschap, en wel op den datum van de schriftelijke kennisgave aan het Bestuur. Art. 20. Gaat een lid over in eene betrekking, waarin hij niet gerech tigd is tot het houden van dienstpaarden, dan kan hij voor het eenmaal ingeschreven paard lid blijven. D. De uitkeering. Art. 21. Bij verlies van een paard, in de gevallen in art. 2 bedoeld, wordt eene uitkeering gedaan van f 260.of zooveel minder als in verband met de door de leden bij te dragen maximumsom (art. 27) geïnd kan worden. Art. 22. Bij verlies van een paard, in de gevallen in art. 2 bedoeld, geeft de eigenaar kennis aan het bestuur, met overlegging van eene schriftelijke verklaring van een militairen paardenarts, van een gediplomeerd veearts, dan wel van twee leden der Yereeniging, of zoo ook deze ter plaatse niet aanwezig zijn, van de in art. 2 bedoelde commissie, vermeldende de ziekte, waaraan het paard is gestorven, of de reden waarom het is afgemaakt moeten worden. Art. 23. Is de kennisgeving in het vorige artikel bedoeld door het bestuur ontvangen, dan geeft dit den leden kennis van de door hen te be talen bijdrage. (X) Deze modellen zijn op aanvrage gratis verkrijgbaar.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1893 | | pagina 278