291 twijfel gesteld. De daling is dan ook sterk genoeg om eenigermate als verontrustend te worden beschouwdin elk geval is zij eene ernstige aansporing om met deze kruitsoort zeer voorzichtig te zijn. Mocht later nog verdere daling geconstateerd worden, dan is dit kruit voor gebruik in de tropen onherroepelijk veroordeeld. Het is echter niet waarschijnlijk, dat men, althans in deu eersten tijd, nog lagere ontbrandingstemperatureu vinden zal, daar bij eene zekere hoeveelheid van dit kruit, dat gedurende tien dagen tot 60° C. was verwarmd, hetzelfde ontvlammingspunt gevonden is. Hoewel deze verwarming nog geruimen tijd is voortgezet, is daarbij nimmer ontploffing voorgekomen. Een overeenkomstige proef is verder gehouden met het Walsroder en met het Nobelkvmt. Het resultaat was hierbij hetzelfde: van explosie is geen sprake geweest. Het iVoMkruit nam bij deze proef sterk in gewicht af, terwijl de korrels opvallend kleiner werden. Het gewicht daalde tot omstreeks een derde gedeelte van het oorspronkelijk bedrag, terwijl ook de eigenschappen van het buskruit zeer veranderden. De ontbrandbaar heid verminderde, de verbranding geschiedde veel langzamer en een niet onbelangrijk residu bleef daarbij achter. De bij deze proef waargenomen verschijnselen waren belangrijk genoeg om haar eeuigszins gewijzigd te herhalen. Het buskruit werd daartoe in een blikken doosje gedaan, dat met een niet te nauw sluitend deksel werd gesloten. Nadat dit buskruit eenige dagen tot 65 C. was verwarmd, zag men aan den binnenkant van het deksel zware olieachtige droppels kleven, die bij onderzoek nitroglycerine bleken te zijn, en dan ook zeer gemakkelijk door een lichten hamerslag tot ontploffing waren te brengen. De afscheiding van deze zoo gevaarlijke stof kan derhalve overal verwacht worden, waar het Nobelktu.it aan hoogere temperaturen is blootgesteld. Al is de kans niet groot, dat in onze buskruitmagazijnen die afscheiding een gevaarlijk karakter zal aannemen, de mogelijkheid dat hieruit onheilen zullen voortspruiten is niet buitengesloten. Eene aanwending van dit kruit in tropische gewesten schijnt derhalve minder raadzaam.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1893 | | pagina 294