815 voorgesteld een waterdichte laars te leveren (L. Dressier, Erfurt). Anderen hadden met het oog op de hitte, voor „Kolonialtruppen" een rijschoen met ventilatie-openingen aan weerszijden der teenen samenge steld (J. Moke, Hamburg), of hadden de hakken van hun maaksel voorzien vnn een gutta-percha tusschenlaag, om te voorkomen dat de marschen op steenwegen hersenschuddingen zouden veroorzaken of de man zou uitglijden, zooals bij het gebruik van geheel gutta-percha hakken het geval zou kunnen zijn. Weer anderen hadden een paar laarzen, met automatische hielheffers er ingewerkt, tentoongesteld. Over het algemeen waren al deze voetbekleedingen wel stevig, maar te zwaar. O i. zijn ook laarzen door haar hoogen prijs, en doordien zij broeien, voor Indië uitgesloten. Moet men een schoeisel voor de heete luchtstreken vaststellen, dan zal men dus de keus hebben tusschen schoenen en bottines. Is het nu de bedoeling een waterdichten schoen te bezitten, dan voldoen de tegenwoordig gebruikte schoenen niet aan dat doel, zoodra het water hooger staat dan 3 of 4 cM. boven de schoenzool, n.l. dan wanneer het komen kan boven den bovenrand van het aan den voor schoen en contrefort vastgenaaide deel der zijkleppen. Dit is te voorkomen door de tong van den voorschoen vleugelvorinig te verbree- den, en de buitenzijden van die verbreedingen aan den binnenkant der kleppen vast te naaien, zoodat de voet als in een laars er in schiet. Boven de wreef kan de voorschoen dan samengevouwen worden, waarna de kleppen er over sluiten. Zulke schoenen waren o.a. ook tentoongesteld; gesloten gelijken zij op gewone rijschoenen met kleppen, maar water kan er niet in doordringen, voor het boven den schoen stijgt. De vraag is het echter, of dit principe in Indië moet voorheerschen en dan schijnt ons hierop een ontkennend antwoord noodig. Grooter voordeel schijnt ons verbonden aan een schoen van lichte, doch sterke constructie, die wel voet- en enkelgewricht steun geeft, doch in het afmattende tropische klimaat den man zoo min mogelijk belast, noch aan den voet bij het gaan, noch door het reserve-paar, dat hij draagt. Daarvoor komt ons een constructie van leder en zwaar linnen het best voor. Op de tentoonstelling trokken in dat genre de aandacht

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1893 | | pagina 318