316 een paar schoenen, met daaraan verbonden kuitstuk, alzoo een vereeni- girg van schoen en slobkous. De sluiting had van onder op den voet plaats door een koord of riempje, dat zigzag over schoenhaakjes gewonden werd aan het been door riem en gesp (A. Frenner, Branden burg a/H. Schnürstiefel). Dergelijke vereeniging van schoen en slobkous in het leger zou evenwel aanleiding geven tot een voortdurend vermaken van het schoeisel naar de eigenaardigheden en de zwaarte van onderbeen en kuit der verschillende manschappen. De bezwaren, die er nu reeds aan verbonden zijn om voor het meerendeel der in het leger voor komende voeten passende schoenen in voorraad te hebben, zouden vermeerderen. De voorraden zouden waarschijnlijk uit een veel grooter aantal lengte- en wijdtetailles moeten bestaan dan nu reeds het geval is. De gedachte, twee klcedingstukken tot één te veree nigen, komt ons dan ook niet gelukkig voor. Ons schijnt het practisch den soldaat althans te velde een zeil- doekschen schoen te verstrekken, die evenals de bedoelde slobkous schoenen tot op 2 of 3 duim boven de zool met leder is bekleed. Deze constructie is lichter, dan die van geheel leder, luchtiger en aangenamer aan den voet. Ons is onbekend, waarom de wit zeildoeksche schoenen afgeschaft zijn, misschien is het wel om de witte kleur, die moeielijk op den duur bewaard kon blijven, maar wij hebben meermalen op Atjeh bijgewoond, dat militairen aan zeildoeksche schoenen de voorkeur gaven, en die van hun soldij aanschaften. Daar dit schoeisel verbo den was, werd het met schoensmeer zwart gepoetst. Daardoor viel de overtreding van het verbod niet in het oog, maar het zeildoek was spoedig door het zwavelzuur, in het schoensmeer, verbrand, bovendien werden de sokken, wanneer die gedragen werden en de voeten deerlijk zwart, wanneer de schoenen nat werden. Zoowel hieraan, als aan het verliezen van de oorspronkelijke kleur van het linnen, ware tegemoet te komen door een donkerkleurig bruine stof voor den aanmaak der schoenen te bezigen. Het leder zou niet zwart gemaakt, doch enkel met vaseline moeten onderhouden worden. Aan zulke schoenen zouden wellicht de Inlanders ook eerder gewennen dan aan de harde lederen, waarmede bij hen proeven genomen zijn.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1893 | | pagina 319