321
gingen niet door, naar ons Dr. Krocker mededeelde wegens de ge
ringe opkomst van vakmannen. Denkelijk werd deze teleurstelling
wel voor een deel veroorzaakt door het vroege jaargetijde.
Waarschijnlijk verschijnen de voordrachten wel in druk, en zouden
zij misschien op officieele aanvrage te verkrijgen zijn.
Aan het einde van dit verslag gekomen, meenen wij ook nog
melding te moeten maken van de toestellen voor electrische terrein
verlichting. Het behoort niet aan ons de meer of minder practische
inrichting der tentoongestelde voorwerpen: („Scheinwerfer für Ter-
rainbeleuchtung" van Schuckert Co. te Nürnberg en „Beleuch-
tungswagen" van de Daimler Motoren Gesellschaft te Canstadt,
Würtemberg) te beoordeelen. Wel echter meenen wij de vraag te
mogen stellen, of er in die richting niets voor Indië te doen overblijft.
Al moeten wij het antwoord hierop aan anderen overlaten, wij konden
niet anders dan met een bevestiging antwoorden op een vraag, die
wij ons zeiven stelden, nadat wij een oefening hadden bijgewoond
van de Saksische vrijwillige ziekenverplegers te velde. Deze vraag
luidt: „Laat zich in Indië de behoefte niet sterk gevoelen aan een
opzettelijk daarvoor wel afgericht hospitaalpersoneel ter vervanging
van de om verschillende redenen voor den actieven dienst afgekeurde
soldaten aan wie dit werk thans wordt toevertrouwd?"
De ontvangst der commissie was zoo voorkomend mogelijk. Niet
genoeg kan zij de beleefde behandeling roemen, die zij ondervond van de
Duitsche officieren, belast met het commando bij de „Truppenspeisung
Mag de commissie zich een eindoordeel aanmatigen, dan meent zij
te mogen vaststellen, dat de tentoonstelling niet in allen deele gelukt
mag heeten, maar dat er menige inzending op voorkwam, waarvan
voor het Nederlandsch-Indisch leger groot nut kan worden getrokken.
D. Wafelbakker,
Arts,-off. v. gezondh. lc lel.
H. P. M. v. Altena,
's Graoenhage,
Wageningen
31 Maart 1892. kap.-kwartiermeester