-102
het dichtst naar de 100 M. toe, terwijl er zoowat 1 °/0, dus 3/l0 kogel
op de eerste 20 a 30 M. achter de stelling terechtkwam.
Nemen we nu echter nog aan dat er een zeer slecht schutter bij
was, wiens kogel reeds op 50 M. van den vurenden troep neerkwam,
dan hebben we dus in het gunstigste geval een kogel, die in de stelling
kwam; en nu zou nog de waarschijnlijkheidsrekening er bij te pas
komen om na te gaan, hoeveel kans die kogel had om een van de,
misschien 2, 3 of' 4 vijanden, die op die 4.5 M. verdeeld zaten, te
raken.
Ja, als we daar nu eens konden opstellen een mooie groepsschijf
van 1.10 M., dan zou het er anders uitzien, dan zou die schijf zoo
wat den geheelen bundel opvangen (opvangen doen die schijven altijd
zoo geduldig). En bij onze gezamenlijke vuren op het schietterrein
hadden we ook zeker die uitkomsten gekregen en minstens een 94
treffers behaald en de resp. vuurleider had daaruit weer veel kunnen
leeren! maar, het is alweer de oude geschiedenis, de Atjehers willen
er niet aan, om op een rijtje naast elkaar voor den zandheuvel te
gaan knielen, zij vinden dat dit te veel het idee zou geven van een
executie van een doodvonnis en gaan daarom liever achter den zand
heuvel liggen, nu en dan eens even er over heen kijkende om hunne
geweren af te vuren, het liefst natuurlijk in de vuurpauzen van onze
salvo's, die zij uitstekend kennen en waarin ze juist tijd hebben, hun
schot op onze ladende afdeelingen af te geven."
Ik schroom dan ook niet als mijne volle overtuiging uit te spreken,
dat op de afstanden waarop en den vijand waartegen wij oorlogvoeren,
het veelvuldig, ja bijna uitsluitend toepassen van salvovuur, niet de
richtige tactiek is, doch dat wij moeten terugkeeren tot het goed
gericht tirailleurvuur waarvoor vóór alles noodig is een deugdelijke
opleiding tot Bgoed schutter'"
Mij komt dit zeer eenvoudig en duidelijk voor, wanneer ik daarbij
bedenk wat het algemeen karakter is van het bundel vuur en overweeg
dat het berekenen met welk vizier de grootste bestreken ruimte te
verkrijgen is voor de practijk van den oorlog van weinig nut zal zijn.
Het algemeen karakter toch is, dat de op die wijze gelijktijdig
afgeschoten kogels nederkomen op een strook grond, die naar
verhouding zeer smal is, maar in de diepte groote uitbreiding heeftnu,