435 Bovenstaande beschouwingen konden worden geformuleerd, afge scheiden van hetgeen de beproeving in Indië nader zal leeren omtrent de deugden of ondeugden van het wapen en omtrent de aan te nemen buskruitsoort. Zonder te willen vooruitloopen op den uitslag dier. beproeving, schijnt dus de uitspraak gewettigd, dat het geweer niet. het doelmatigste wapen is, waarmede de Indische infanterie op dit oogenblik zou kunnen worden begiftigd. Op het oogenblik, waarop deze meening wordt neergeschreven, zijn er bovendien reeds aanwijzingen voorhanden, die grond geven tot de verwachting, dat men met de vermindering van het kaliber tot 6.5 mM. nog niet de uiterste grens bereikt heeft en dat wellicht reeds spoedig nieuwe typen van geweren daarop de overwinning zullen behalen. Reeds in 1890 werd uit Rusland een bericht medegedeeld omtrent de gunstige resultaten, daar te lande verkregen met een geweer van 5 mM. Tot een beslissing in deze richting is men daar echter niet gekomen integendeel werd in 1891 een geweer van 7.62 mM. ingevoerd. Spoedig werden ook in andere staten proeven genomen met geweren van zulke zeer kleine kalibers. In Oostenrijk waren met een 6.5 mM. geweer zulke goede uitkomsten verkregen, dat men in 1892 over ging tot de beproeving van geweren van 6, 5.5 en 5 mM., in de verwachting dat door een voortgezette vermindering van het kaliber een nog betere uitwerking, gepaard aan een vermindering van het gewicht der munitie, zou te bereiken zijn. In Nederland heeft men reeds in 1892 getracht, in het bezit te komen van een bruikbaar geweer van 5.5 mM., ten einde daarmede proeven te nemen en schijnt men sedert geslaagd te zijn in het ver krijgen van een wapen van dit kaliber. De op dit gebied zoo bekende Zwitsersche Professor Hebler, die zooveel invloed heeft uitgeoefend op de vermindering van het kaliber tot 7.5 mM., maar dit dan ook langen tijd warm heeft verdedigd als het kleinste kaliber dat voor de practijk aanbeveling verdiende, vooral met het oog op bezwaren, verbonden aan het boren, trekken, afwer ken en reinigen van nauwere geweerloopen, is na de invoering van het 6.5 mM. geweer in Italië geheel van meeuing veranderd. Op grond van door hemzelven genomen proeven beveelt hij thans een kaliber van 5 mM, aan, dat hij voorloopig het beste acht.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1893 | | pagina 438