685 geldt het voor ons Indisch Leger, dat zoo weinig beschikt over betrouwbare berichten van gevechtshandelingen. Worden in Europeesche oorlogen rapporten verfraaid, misslagen verbloemd, behaalde voordeelen te breed uitgemeten, datzelfde heeft in onze Indische oorlogen plaats gehad en misschien sterker nog dan in Europa, omdat de controle bij ons nog zooveel minder was. Hoe vaak werden marsch- en gevechtsbevelen niet opgemaakt na tehuiskomst van den troep, hoe gemakkelijk viel het dan niet de genomen maatregelen in overeenstemming te brengen met het resultaat Hoe dikwijls stuit men daarentegen bij de bestudeering van gevech ten niet op berichten van handelingen zóó indruischende tegen de eenvoudigste begrippen van tactiek en tegen het gezond verstand, dat men niet kan gelooven dat dergelijke handelingen hebben plaats gehad Hoe moeilijk is het daarbij veehijds om waarheid van onwaarheid of verdichtsel te onderscheiden, als dit somtijds gelukt! Bij gebrek aan beter is men dan ook meestal genoodzaakt om een gevecht te bestudeeren„aangenomen dat alles zóó en niet anders heeft plaats gehad". Dat men dan echter dikwijls tot zeer verkeerde gevolgtrekkingen komen kan, is duidelijk. Maar duidelijk is het dan ook waarom de officier van het Indi sche leger, eerder nog dan zijn collega in Europa, behoefte heeft aan voorlichting omtrent de wijze waarop hij met de meeste kans van slagen in het gevecht moet tewerkgaan. Die voorlichting nu wordt hem het best gegeven door het leger bestuur zelf in den vorm van een voorschrift voor het gevecht, dat nu niet meer dienen moet om den officier tactiek te leeren, doch dat hem de richting moet aangeven, waarin hij de mate van tacti sche kennis die hij bezit, in practijk zal brengen. Men vreeze van een zoodanig voorschrift geen nadeelige gevolgen. Samengesteld door erkend kundige officieren levert het voldoende waarborgen op, dat de tactische regels die her, geeft, in overeenstem ming zijn met de eischen die het hedendaagsch gevecht op tactisch gebied zoowel aan den aanvaller als aan den verdediger stelt. Stellig zal men bij de strenge toepassing van die regels ook wel

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1893 | | pagina 538