2 in zijne reeda meer genoemde lezing; zij was zelfa teleurgesteld geweest in de verwachtingen, die daarvan naar de gedane voorstellingen gekoesterd waren, en vond dat zij aanleiding gaf tot allerlei verwik kelingen. De Heer Scherer zegt in zijne lezing, dat hij het besluit van de Regeering om de posten op de kust opteheffen en weder, met intrekking van de bestaande scheepvaartregeling, overtegaan tot de politiek van non-interventie gepaard met eene rigoureuse blokkade, als een ramp beschouwde, doch toen hij bemerkte, dat de Generaal Demmeni, hoe ook diens denkbeelden omtrent de Atjeh-zaak waren, eenvoudig het hem voorgeschreven stelsel in practijk zou brengen, besloot om heen te gaan; hij vroeg toen intrekking zijner plaatsing te Atjeh en vertrok in het begin van October, na eerst nog in een paar met redenen otnkleede nota's, den kolonel Demmeni ernstig tegen het opheffen der scheepvaartregeling en van de posten op de kust gewaarschuwd te hebben. Met den Heer Scherer zuilen velen het jammer gevonden hebben, dat de blokkade met de politiek van non-interventie, de scheepvaart- regeling moest vervangen, maar even jammer vind ik het, dat Scherer niet bleef, want wat gebeurde? De Generaal Demmeni werd door Scherer's betoogingen en zijne nota's, waarmede de assistent-resident van Groot-Atjeh van Langen instemde, aan het wankelen gebracht in zijn plan om eenvoudig uitte- voeren, wat hem door de Regeering opgedragen was en voerde niet de algemeene rigoureuse blokkade in, maar liet slechts sommige gedeelten van de kust sluiten en blokkeeren en dit niet eens consequent, terwijl hij voor andere gedeelten, reeds bij besluit van 13 October 1884 eene soort scheepvaartregeling invoerde, waarbij bepaald werd, dat alle van buiten Atjeh komende schepen, alvorens zich naar een der niet gesloten punten van de kust te mogen begeven, eerst een der plaatsen moesten aandoen, waar ons bestuur gevestigd was en deze waren, toen de posten Telok Semawé en Samalauga waren ingetrokken, alleen Edi, Segli en Oleh-leh voor de geheele Noord- en Oostkust. Men kreeg dus in plaats van het voorgeschreven stelsel, dat toch minstens de deugd van kracht en eenheid had, een tweeslachtig ding en wel:

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1893 | | pagina 5