61 van f 1.25 per woord aan de Engelsche Telegraaf-maatschappij. Wel is waar is het traject Kota-Radja-Singkel te groot voor eene verze kerde directe communicatie per postduif en vordert deze een tusschen- station, maar dit veroorzaakt slechts weinig oponthoud in de corres pondentie. Eene tweede zeer gewenschte communicatie was die tuschen Kota- Radja en Poeloe-Bras (38 KM.) daar de ondervinding herhaaldelijk geleerd had, dat het van groot belang was te achten, dat de Gou verneur te Kota-Radja steeds dadelijk op de hoogte werd gebracht van alle belangrijke voorvallen op dat eiland. Wel had men eene verbinding door middel van de heliograaf, doch deze gemeenschap was gebrekkig, daar zij alleen over dag bij eenen onbewolkten hemel kon worden toegepast. Een voorstel werd daarom door het Legerbestuur gedaan, om eenen pos'tduivendienst in het leven te roepen tusschen Kota-Radja en Singkel met Melaboeh als tusschenstation en tusschen Kota-Radja en Poeloe Bras. Hoewel eene verbinding van Kota-Radja met Segli (87 KM.) en met Edi (280 KM.) ook van groot nut zoude geweest zijn, bepaalde men zich tot de eerstgenoemde verbindingen om niet in te groote kosten te vervallen. Bij de Regeering viel het voorstel in goede aardena raadpleging van het Opperbestuur verleende zij dan ook bij Gouv. besluit van 26 September 1888 machtiging om bedoelden postduivendienst in het leven te roepen. In navolging van hetgeen bij Europeesche legers geschiedt, werd die dienst aan het korps Genietroepen opgedragen en trad als Chef daarvan op de luitenant der Genie Jhr. E. C. Siberg, onder wiens onmiddellijk toezicht de proeven te Willem 1 hadden plaats gehad (1). Voor elk station werd het toezichthoudend per soneel vastgesteld op één sergeant of korporaal der Genietroepen en één Eur. geniesoldaat, zoodat in het geheel ten behoeve van dien dienst vier sergeanten of korporaals en vier geniesoldaten boven de formatie van het Leger werden gevoerd. Later, toen het bleek dat het personeel nog al aan mutatiën onder hevig was en ongeoefendheid aan de zaak veel nadeel deed, werd (1) In Juli 1890 werd de luitenant Jhr. Siberg van Atjeh afgelost en trad daarna als Chef op de 2e luitenant F. "W. C. van der Staaij.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1893 | | pagina 64