75 Maar ook dan nog rijst de vraag, of deze plotselinge intrekking reeds met 1 Januari 1893 niet ontijdig is. Zeker is het naar onze meening, dat de instelling, eerst in 1889 in het leven geroepen, te kort bestaan heeft otn over haar resultaten eenig oordeel te mogen uitspreken. Zeker ook, dat zulke overhaaste wijzigingen in de leger- organisatie leiden tot het nutteloos maken van reeds gedane belang rijke uitgaven. De aankoop en verbouwing der groote woning op Rawah-Bangké ten behoeve der schietschool, de inrichting van het uitgestrekte schietterrein en de huur voor het waarschijnlijk reeds ingetreden tijdperk worden thans door de onvoorbereide opheffing omgezet in financieele nadeelen. En voor den directeur en het overig personeel der inrichting moet deze plotselinge intrekking een even onaangename, als onverdiende bejegening zijn. De opheffing van het suppletie-depot leidt tot een bezuiniging van f 14.000 'sjaars. Met de M. v. T. stemmen wij toe, dat deze opheffing zonder be zwaar kan geschieden, nu de te Batavia aankomende detachementen suppletie steeds een geringe sterkte hebben. Maar die detachementen zullen niet, zooals de M. v T. zegt: dadelijk gedirigeerd" (kunnen) worden op de verschillende korpsen, „waarbij zij moeten worden ingedeeld". Ten opzichte van het le depot bataljon moge dit waar zijn, de recruten voor de 2e en Se militaire afdeeling zullen te Batavia in afwachting van scheepsgelegenheid moeten vertoeven, zij het ook voor weinige dagen. Afgescheiden van audere overwegingen van admini stratieven aard, zal het dus in elk geval noodzakelijk zijn, die sup pletie te Batavia tijdelijk in te deelen bij een ander korps, waarvoor het subsistentenkader zich als van zelf aanbeveelt. De M. v. T. ziet dit echter over het hoofd. De samentrekking der beide straf detachement en voor Europeanen en Inlanders tot één geheel zal 70.000 bezuinigen. Juist is het, dat de formatie der strafdetachementen op den tegen- woordigen voet steeds te ruim is gebleken, zoodat hier de mogelijk heid eener bezuiniging voor de hand lag. Ook is het aantal ge straften in de laatste jaren zoo gering over 1884-89 gemiddeld 78

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1893 | | pagina 78