KAPITAALVORMING VAN DE OFFICIERSVEREENIGING
TOT ONDERLINGE ONDERSTEUNING VAN
NAGELATEN BETREKKINGEN.
In het opstel „De Officiersvereeniging tot onderlinge ondersteuning
van nagelaten betrekkingen", voorkomende in de nummers 10 en 11
van den vorigen jaargang van het Indisch Militair Tijdschrift, heeft de
Heer H. Kotting, m. i. niet alleen op duidelijke wijze aangetoond dat
die vereeniging, zooals zij nu is ingerichr, geen levensvatbaarheid
bezit, doch tevens de middelen aangegeven die tot verbetering van den
bestaanden toestand kunnen leiden.
Zij, die bij het voortbestaan dier vereeniging belang hebben, moeten
den schrijver dankbaar zijn, dat hij, door bijtijds den vinger op de
wonde plek te leggen, de aandacht vestigde op gebreken die eene zoo
nuttige instelling op den duur ten gronde richten.
En toch zijn er leden, die beweren dat de Heer K. door zijn opstel der
kameraadschap geen dienst heeft bewezen en beter gedaan had te zwijgen.
"Wanneer de toestand eener vereeniging van dien aard is, dat de leden
beter doen hierover niet te spreken, dan mogen ze Vondel na
zeggen
„O Jesus, sta ons bij, dit is mislijck teecken".
Van de middelen, die de Heer K. aangeeft, waardoor de levensvat
baarheid verzekerd wordt, wil ik dat van de kapitaalvorming bespreken,
omdat ik de meeniog van den Heer K. niet deel, dat „tegen het
„vormen van kapitaal door de Vereeniging overwegende bezwaren
„bestaan".
Ik heb mij de vraag gesteld: op welke wijze kan de Vereeniging,
na verloop van ruim twintig jaren, in het bezit komen van een kwart
millioen gulden, zonder dat daarvoor te groote offers van hare leden
gevergd zijn.