187 vijand ontsnapt, is het, die haar voor het genoemde doel geschikt schijnt te maken. Zeker is het, dat het kleine insect aan tal van toevalligheden bloot staat. Het kan door den wind meegevoerd worden of ten prooi vallen aan vogels; het gevaar van het verloren gaan eener tijding kan men echter verminderen, door verschillende bijen met dezelfde boodschap te belasten. Reeds vroeger zijn er door bijenhouders proeven genomen, om te zien, van welke afstanden de bij tot haren korf kan terugkeeren. Men heeft te dien einde nu eens een menigte diertjes, dan weer een enkel exem plaartje een eind weggebracht en hen dan aan hun lot overgelaten. Was de afstand niet al te groot, dan zetten de insecten, nadat zij een poosje heen en weer hadden gevlogen, in den regel rechtstreeks koers naar hunne korven. Men kon daarbij constateeren, dat de vlugste een afstand van twee uren in 20-25 minuten aflegde. Om dus een Kilometer te door vliegen zou eene bij gemiddeld 3-4 minuten noodig hebben, wat ongeveer gelijk staat met een snelheid van 15-20 Kilometer in het uur. Wanneer men de bij een boodschap wil laten doen, laat men eenigen van de bijtjes uit hunne gevangenis en lokt hen op een met honig be streken bord. Terwijl de diertjes zich te goed doen aan den zoeten kost, wordt de te voren gereed gemaakte depêche aan hen bevestigd. De depêche is, zooals van zelf spreekt, in overeenstemming met de kracht en de grootte der bij en dus van zeer kleinen omvang. Zij bestaat uit eene 2 millimeter breede en 7 millimeter lange reep papier. In een der uiteinden maakt men in het midden eene insnijding van 1^-2 millimeter en buigt de eene zijde van het papier, waar het is doorgesneden, naar voren, de andere zijde naar achteren, zoodat de omgebogen deelen een rechten hoek maken met het overige der reep. Dit geschiedt om eeu grootere vlakte voor het aanplakken te verkrijgen. Om het bevestigen der depêche te bewerkstelligen, houdt men de bij met een klein pincet of tangetje vast en plakt het papiertje met sneldrogende lijm op den rug van het diertje. Dit moet natuurlijk met de uiterste zorgvuldigheid ge schieden, opdat de kop en de vleugels van het insect niet met de lijm in aanraking komen. De depêche moet loodrecht op de lengteas van het kleine diertje staan; zoodra men het zijne vrijheid geeft, vliegt het naar den korf terug. Maar daar belet eene kleinigheid het, den korf binnen te gaan, een metalen deurtje, dat den ingang verspert. In dat deurtje zijn openingen, juist zoo groot dat een bij er door kan kruipen; alle in- en uitgaande bijen moeten dien pas passeeren en kunnen het. Maar onze kleine brievenbode wordt daarin door de depêche op haren rug verhinderd. Zij moet voor den korf wachten tot men haar de depêche

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1893 | | pagina 190