VEREENIGING OF TOENADERING VAN DE OFFICIERS
KORPSEN IN NEDERLAND EN IN IND1È.
Vervolg van blz. 450).
Slot.
Behalve door grootere toenadering tusschen de beide officiers
korpsen zon zoo vervolgt de spreker in Krijgswetenschap ook in
andere opzichten meer aansluiting tot bezuiniging kunnen leiden.
Naar aanleiding van het hier genoemde woord: „bezuiniging" zij
hier eene vraag gesteld. Wat zou het hoofdmotief zijn, dat tot de
vereeniging van beide officierskorpsen zou kunnen leiden, waarachtige
behartiging van 's lands en van personeele belangen, dan wel het
streven om de uitgaven voor beide legers te beperken.
Zouden deze twee oogmerken te zamen kunnen bereikt worden,
dan zouden de Nederlandsche en de Indische officierskorpsen dit
natuurlijk ten warmste toejuichen, nu echter gevreesd moet worden,
dat noch 's lands noch personeele belangen met de zaak gebaat worden,
schiet de bezuiniging over. En hoe groote waarde ook aan bezuini
ging moet worden gehecht, men drijve het streven daarnaar niet te
ver uit, vooral niet met het leger, want de gevolgen zouden wel eens
hoogst bedenkelijk kunnen zijn.
Men vergeve mij deze uitweiding; de vrees die er in doorstraalt,
dat bezuiniging ons grove parten zou kunnen spelen, is waarlijk niet
ongegrond en door de ondervinding der laatste tijden volkomen
gewettigd.
Laat ik thans tot mijn onderwerp terugkeeren en nagaan in welk
opzicht meer aansluiting tot bezuinigingen zouden kunnen leiden.
Men zou zoo zegt de majoor H. D. als regel kunnen aannemen,
dar. in Nederland geen enkele commissie wordt benoemd om eenig
vraagstuk van technische» en wetenschappelijke:! aard te onderzoeken