mo W. J. F. Deijkerboff, H. K. F. van Teijn, R. Ebbinge, de contributiën n°. 53 tot en met n°. 70 werden geïnd, terwijl voor de overleden leden A. A. Schutter, S. W. H, Q-ebel, en T. C. M. A. Hoolboom, voor wie A. Frowein, J. Boot, T. Hoeboer, en A. Neijenhuis, daar de fondsen zulks toelieten, geen contributie geheven is. Balans over het jaar 1892. A. Entree-fonds. Aan entreés tot en met 1891. 7971 Gedeponeerd te Kota-Radja. 317 gedurende 1891. 10 idem Bandjermasin. 1011 10 1892. 297 50 idem Maknsser. 22 idem Amboina. 1000 idem Magelang 16 idem in Nederland. 4193 39 In kas bjj den Secretaris-penn. 1719 01 Totaal. 8278 50. Totaal.. 8278 50 Aan contributiën gedurende 1892. Aan voorsohotten van leden. Op 1 Januari 1892 in kas bjj den Seorotaris-penn. Totaal. B. Contributie-fonds. Betaald aan uickeeringen no. 26222 271 441 26935 09' 49* Aan diverse onkosten in 1892. reslitutie voor in 1891 te veel geïnde contributie. Nog te innen contributie over 1892 Aan voorschotten/ ln ^a8 1 den seore- n contributiën! tariB-penn. Totaal 22000 1524 659 271 2479 26935 08» 65 16 49» Het maximum bedrag ad f 1000.— bedoeld bij artikel 20 van het reglement is ook gedurende dit verslagjaar voor ieder sterfgeval uit gekeerd. In de op 28 April 1892 gehouden algemeene vergadering werden geene besluiten genomen. Op den 9en November 1892 is door het bestuur een opstel ontvangen van het lid der vereeniging H. Kotting, welk opstel reeds was ge-

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1893 | | pagina 563