93
liet bestuur is gerechtigd een der te Batavia aanwezige militaire
paardenartsen uit te noodigen als derde commissaris op te treden, ook
al is deze geen lid van de vereeniging.
Artikel 7. Op de jaarlijksche algemeene vergadering kan ieder lid
voorstellen doen tot wijziging van het Reglement, mits daarvan vóór
1 December aan het bestuur schriftelijk kennis wordt gegeven, ten einde
de leden tijdig daarmede bekend te kunnen maken.
Artikel 11. Elk lid kan te Batavia eene buitengewone algemeene
vergadering doen bijeenroepen, indien hij zich aan een beslissing van
het bestuur niet wenscht te onderwerpen.
Hij roept daartoe de tusschenkomst van het bestuur in, dat verplicht
is, aan het verzoek gevolg te geven.
Artikel 12. In elk garnizoen buiten Batavia kan door het bestuur een
lid aangewezen worden, om als correspondent der vereeniging op te treden.
Artikel 15. Een paard, dat ingeschreven wordt, mag niet jonger dan
vier en niet ouder dan twaalf jaren zijn, met dien verstande, dat een
eenmaal ingeschreven paard ook na het twaalfde jaar in de vereeniging
mag blijven; het mag slechts als rijdier gebruikt worden.
Een ingeschreven paard, dat van eigenaar verwisselt, moet op nieuw
worden ingeschreven en aan de in dit en in artikel 17 gestelde eischen
voldoen.
Artikel 17. Ieder die lid verlangt te worden, geeft daarvan schriftelijk
kennis aan den directeur of aan den correspondent ter plaatse, onder
overlegging van een signalementstaat van het paard, overeenkomstig
model A C1).
Artikel 18. Elke deelneming vangt aan, veertien dagen nadat de kennis
geving door den directeur is ontvangen.
Artikel 21. Bij verlies van een paard in de gevallen in art. 2 bedoeld,
wordt eene uitkeering van f 260.— of zooveel minder als in verband
met de door de leden bij te dragen maximumsom (art. 27) geïnd kan
worden.
Artikel 22. Bij verlies van een paard, in de gevallen in art. 2 bedoeld,
geeft de eigenaar kennis aan het bestuur, met overlegging van eene
schriftelijke verklaring van een militairen paardenarts, van een Gouver-
nements-veearts, dan wel van twee leden der vereeniging, of zoo ook deze
ter plaatse niet aanwezig zijn, van de in art. 2 bedoelde commissie, ver
meldende de ziekte, waaraan het paard is gestorven, of de reden waarom
het is afgemaakt moeten worden.
(1) Deze modellen zijn op aanvrage gratia verkrijgbaar.