119 dereerden te Petersburg. Toen men ingeschoten was, konden de laat- sten geen enkel kanon afvuren, overstelpt als de batterij was door een hagelbui vau springende granaten en neerstrijkende springstuk. ken. Het groote kaliber, dat de Russen aannamen, was een gevolg van hunne ondervinding voor Plewna. Hier hadden zij op groote schaal blindeeringen te bestrijden. De 15 cM. granaat zal niet alleen diep in eene zware aardmassa dringen, maar de zware springlading zal eene machtige mijn werking opleveren en groote trechters slaan. Elke mortier is uitgerust met drie caissons, die met den mortier en zijn voorwagen 24 paarden vereischenzij voeren slechts 84 ladingen mede. De Zwitsers hebben het kleiner kaliber van 12 cM. aangenomen, welks granaat en granaatkartets circa 20 KG. wegen; de springla ding der granaat bedraagt ongeveer 1 KG., de granaatkartets bevat 475 kogels. De buskruitlading, ten bedrage van 0.9 KG., is ver deeld in halve en ladingen, zoodat vijf verschillende ladingen kunnen gegeven worden. Twaalf paarden zijn voor den mortier en zijn cais son noodig. De Pruisische tak van de Duitsche artilleristen heeft de invoering vau veldmortieren tegengehouden en wenscht in stede daarvan bij het gewone veldgeschut de brisante granaat te gebruiken, ten einde aldus de invoering van een speciaal kaliber te vermijden. Maar de brisante granaat, direct afgevuurd, zal zeker niet den vijand in het terrein opzoeken in die mate als de granaten en granaatkartetsen van het verticaal mortiervuur. Zoowel het Saksisch als het Beijersch contingent van het Duitsche leger bepleiten het gebruiken van veld mortieren. De Saksers hebben thans eene batterij veldmortieren uit gerust. Krupp heeft een 15 cM. veldmortier ontworpen en uitgevoerd, die granaten en granaatkartetsen van 30 KG. werpt. De grootste worpsverheid is 3900 yards 4265 M.). Het Grusonwerk te Magdeburg ontwierp en construeerde een 12 cM. veldhouwitser, die feitelijk een mortier is. Hij werpt een granaat van 18 KG. en heeft een dracht van 6100 M. Spanje heeft een 15 cM. veldmortier aangenomen van nagenoeg

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1893 | | pagina 130